Avondmaal: de start van een nieuw verbond

‘Het nieuwe verbond, dat door mijn bloed gesloten wordt.’

Lucas 22:20

Met de instelling van het avondmaal begint het nieuwe verbond. Een geweldige afspraak, door God zelf hard gemaakt, die we kunnen beleven met brood en wijn.

Hier, met de instelling van het avondmaal, zou dan ook eigenlijk het Nieuwe Testament moeten beginnen. Jezus had zich heel zijn optreden onderworpen aan het oude verbond: het verbond van de wet, dat alleen voor Israël gold (Gal. 4:4-5). Het grootste deel van het Oude Testament speelt zich af onder dit wetsverbond. Het was tijdelijk en ging van Mozes (Ex. 19) tot Jezus (Luc. 22:19). Jezus komt nu met een nieuw verbond, dat universeel en eeuwig is. Maar wel pas als zijn bloed heeft gevloeid (Hebr. 9:12).

Het oude verbond regelde de omgang van God met Israël. Maar het kon er niet voor zorgen dat je in Gods ogen volmaakt werd en het hielp je ook niet af van je zondebesef (Hebr. 10:1-3). Jezus heeft dit verbond opgeheven en zijn nieuwe verbond ervoor in de plaats gegeven, dat niet van ons afhangt, maar uitsluitend van Hem. Dankzij Hem kunnen we nu wel zonder zondebesef leven, in de wetenschap dat God ons heilig en volmaakt heeft verklaard (Hebr. 10:8-14).

Dat vieren we tijdens het avondmaal: Jezus’ lichaam en bloed, die voor ons garant staan. Tegelijkertijd werkt het geloof dat ermee opgewekt wordt een ongekende kracht in ons uit. Want telkens als we brood en wijn tot ons nemen, bevestigt de heilige Geest dat we een nieuwe schepping van Jezus’ kwaliteit zijn (Hebr. 10:15-18).

Je kunt dit niet vaak genoeg tot je nemen. De eerste gemeente deed het dagelijks aan huis (Hand. 2:46). Jezus heeft dan ook gezegd dat je het telkens opnieuw kunt gebruiken.

‘Doe dit, telkens opnieuw, om mij te gedenken’ (Luc. 22:19).

Johannes 13:1-30 Matteüs 26:26-29 Marcus 14:22-25 Lucas 22:19-20