Stilte – Wees stil, dat is je kracht

‘De HEERE zal voor u strijden, en ú moet stil zijn.’
Exodus 14:14 (HSV)

God had alles voor zijn volk Israël gedaan. Hij had het uit de slavernij van Egypte bevrijd. Hij had de Egyptenaren in de zee verzwolgen. In de woestijn had Hij het volk de overwinning over de Amalekieten gegeven. De afspraak was:

‘De HEERE zal voor u strijden, en ú moet stil zijn’ (Exodus 14:14, HSV).

Maar bij de berg Sinaï zeiden de Israëlieten dat ze zélf alles zouden doen wat God wilde. Ze vertrouwden liever op hun eigen kracht. Daardoor werd hun tocht door de woestijn naar het beloofde land enorm vertraagd. Waar ze in veertig dagen konden komen duurde veertig jaar. En tot overmaat van ramp moesten ze nu zelf hun tegenstanders bestrijden. Omdat ze het zelf wilden doen.

Als antwoord op hun overmoed gaf God aan Israël de wet. Tien geboden, die er al snel 613 werden. Zo werd het volk er met de neus op gedrukt dat het voortdurend tekortschoot.
De wet was bedoeld om de Israëlieten te laten begrijpen dat ze Gods genade nodig hadden. Maar ze gingen juist hun best doen om nog beter voor de dag te komen. Stil werden ze er niet van.

Het oude verbond van de wet duurde 1500 jaar. Toen kwam Jezus met een nieuw verbond. Hij kwam met genade, niet alleen voor Israël, maar voor alle volken.

Sindsdien vraagt God aan iedereen die in Jezus gelooft om stil te zijn, omdat Hij voor ons heeft gestreden.
Wij mogen rusten in die overwinning.

Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars, dankzij hem die ons heeft liefgehad (Romeinen 8:37, NBG ’51).

Wink – Winnaars blijven strijden, overwinnaars rusten in de overwinning.