De troon van de genadige

Hij heeft, na de reiniging van de zonden te hebben voltrokken, plaatsgenomen aan de rechterzijde van Gods hemelse majesteit.
Hebreeën 1:3b

Stel jezelf een troonzaal voor. De koning die daar op zijn troon zit, met zijn zoon naast zich. De koning is God, die de zonde niet kan uitstaan. Waar zondaars dus met geen mogelijkheid bij in de buurt kunnen komen. Maar zijn Zoon heeft de reiniging van de zonde voltrokken, lezen we. Dat heeft Hij definitief gedaan, daar is Hij klaar mee. Daarom zit Hij daar nu naast de koning: om alle mensen die Hij als de perfecte hogepriester gereinigd heeft (dat heeft Hij gedaan door voor ons te sterven aan het kruis), om al die mensen dus goedgekeurd, gerechtvaardigd en geheiligd toe te laten in de troonzaal, tot bij de troon van de Koning.

Daar zit God. Met Jezus naast zich. En daar kom jij aangelopen. Ben je bang? Blijf je liever op afstand? God zit niet op de troon om je te veroordelen. Hij wrijft je jouw zonden niet onder de neus. Zijn troon heet de troon van de Genadige. Daar mag je zonder schuldgevoelens, schaamte, angst voor afwijzing of veroordeling verschijnen. Altijd. Onvoorwaardelijk (want genade is genade). Dankzij Jezus.

De zonde staat je niet in de weg om voor de Koning te verschijnen. Je hoeft niet eerst perfect te zijn om Hem te ontmoeten. Juist als je hulp nodig hebt omdat de zonde opspeelt, moet je die plaats opzoeken. Zodat God als koning kan regeren in jouw leven. Met zijn Woord. Met zijn bevestiging dat je dankzij Jezus gerechtvaardigd bent, goedgekeurd om alle onverdiende gunsten en zegeningen te ontvangen die Hij jou wil geven.

Onze Vader is de Genadige. Hij regeert vanuit genade.

‘Laten we dus zonder schroom naderen tot de troon van de Genadige, waar we telkens als we hulp nodig hebben barmhartigheid en genade vinden’ (Hebr. 4:16).

Tip – Ga naar God, juist als je je bewust bent van zonde, zodat Hij je daarvan kan reinigen