De eerste blz. van Gods genade

Voortaan moet deze maand bij jullie de eerste maand van het jaar zijn.
Exodus 12:2

God trekt zijn agenda. Hij maakt zijn planning openbaar. Hier beginnen we ons jaar, zegt Hij tegen zijn volk. Dit is ons uitgangspunt. We starten met de vrijspraak, de redding, de genade.

En kijk: als God zijn agenda trekt, toont Hij zijn hart. Hij is erop uit om mensen te sparen, te redden, te bevrijden. Hier in Exodus gaat het oordeel aan zijn volk voorbij. De doodsengel (Apollyon heet hij, hij opereert onder Satans commando, Op. 9:11) teistert de omliggende wereld en slaat Egypte, maar passeert elke deur waar bloed aan gesmeerd zit. Het bloed van het lam maakt vrij.

En dat moet gevierd worden. En herdacht worden. En herbeleefd, door elke generatie opnieuw. God maakt er de eerste maand van het jaar van. De maand nisan van de Hebreeuwse kalender (het woord betekent ‘eerste vrucht’), die loopt van half maart tot half april. ‘Dit voorschrift blijft voor altijd van kracht, alle komende generaties moeten die dag vieren’ (Ex. 12:14).

Bloed aan de deurposten, bloed aan het kruis. Zie je de parallel? De doodsengel moet wijken. Het oordeel is afgewend. Dankzij Jezus kunnen alle generaties overal in de wereld deze glorieuze start van Gods jaarplanning vieren.

God opent zijn agenda bij de genade. Er is geen veroordeling meer als je van Jezus’ bloed gebruikmaakt. Alles wat Hij verder inplant, komt hieruit voort.

Heb je je agenda vandaag ook weer afgestemd op de zijne?

Tip – Keer telkens weer terug naar Gods uitgangspunt: het fundament van genade.