Echtheid – Petrus gerehabiliteerd

De Heer draaide zich om en keek Petrus aan.
Lucas 22:61

Wat zie je in jezelf? Niet altijd de leukste dingen.
Petrus was zichzelf tegengevallen. Hij was verbitterd geraakt. Maar Jezus had zijn ogen niet van hem afgewend. Toen de discipel op de binnenplaats van de hogepriester bij een kolenvuurtje tegen de omstanders zei dat hij Jezus niet kende, had Jezus zijn ogen gezocht (Lucas 22:54-62). En toen Jezus uit de dood was opgestaan, had de engel die namens Jezus sprak de vrouwen op het hart gedrukt dat ze vooral ook aan Petrus moesten vertellen dat Hij was opgestaan (Marcus 16:7). Want Hij had zijn geliefde discipel geen moment losgelaten. En Hij zou hem rehabiliteren.

Op het Galilese strand riep Jezus bij een kolenvuurtje Petrus’ echte identiteit tevoorschijn. Hij wilde dat zijn leerling zijn liefde voor Hem zou uitspreken. Om in die verbinding met Hem te weten wie hij werkelijk was. Petrus. Rots. Een leider. Iemand die voor andere mensen kan zorgen.

Wat zag Jezus in Petrus? Jezus had bewezen hoeveel Hij van Petrus hield. Onvoorwaardelijk. Zonder reserves. Zonder eisen te stellen als zijn discipel zou falen. Hij wilde niets liever dan dat Petrus daarop in zou gaan. Dat hij zichzelf zou vergeven zoals Jezus hem vergeven had. Zodat hij zou kunnen worden wie hij werkelijk was. Goed genoeg.

Daarom vroeg Jezus tot drie keer toe of Petrus van Hem hield.
Petrus ging daar positief op in. Zo kon hij werkelijk worden wie hij was. Hij werd een van de grondleggers van de kerk, een apostel van liefde en geloof (Johannes 21:9-18).

Stiltetip – Wat ziet Jezus in jou? Blijf de stilte zoeken. Blijf oogcontact maken met Hem. Bedenk weer hoe geliefd je bent, hoe definitief goedgekeurd. Zie en zeg: ‘Ik ben wie God in mij ziet’.