Geen veroordeling – Vrij van oordeel

‘Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt.’
Matteüs 7:1

Zolang je nog anderen oordeelt, blijf je kwetsbaar voor het oordeel van anderen over jou. Omdat je de ander meet, weegt en beoordeelt, ga je er vanuit dat anderen jou ook zullen meten, wegen en beoordelen. Zo houd je de veroordeling in stand.

‘Want op grond van het oordeel dat je velt, zal er over je geoordeeld worden, en met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden’ (Matteüs 7:2).

Maar ben je vrij van het oordeel over anderen, dan krijg je ook geen oordeel over jou meer terug. Omdat je de ander vrijlaat, zul je er vanuit gaan dat de ander jou ook vrijlaat. Je bent je van geen veroordeling meer bewust.

‘Oordeel niet, opdat er niet over jullie geoordeeld wordt’(Matteüs 7:1).

Hoe stap je uit die cirkel van veroordeling? Dat is onmogelijk, tenzij je gelooft wat Jezus in het hart van zijn bergrede zegt.

‘Wees dus volmaakt, zoals jullie hemelse Vader volmaakt is’ (Matteüs 5:48).

Als Jezus deze woorden voor ons heeft waargemaakt en God ons dankzij Hem als volmaakt ziet, hebben we geen enkele reden meer om elkaar nog de maat te nemen en te veroordelen.

Wink – Als je anderen blijft oordelen, blijf je gevoelig voor het oordeel van anderen over jou. Maar er is in Jezus helemaal geen veroordeling.