Gods vrijspraak is eerlijk

Als wij delen in zijn dood, zullen wij ook delen in zijn opstanding.
Romeinen 6:5

God is recht en consequent in zijn houding tegenover de zonde. In de ogen van een heilig God is zonde zo ernstig dat die altijd bestraft moet worden. God kan als Rechter de zonde niet vergeven of vergeten, tenzij Hij die rechtmatig heeft gestraft. Hij is rechtvaardig en doet altijd wat zijn wezen Hem ingeeft.

Zonde kan niet vergeven worden als die niet eerst is veroordeeld. Daarom stierf Jezus aan een kruis en werd Hij veroordeeld voor al onze zonden. Als representant van alle mensen.

In Jezus is de zonde veroordeeld in zijn dood. Elke zonde. Ook de jouwe. Daarom kan God je vergeven. Als je deelt in Jezus’ dood, is dat ook om te delen in zijn opstanding, lazen we. Omdat je bij je bekering met Jezus gestorven bent aan je oude, zondige natuur, kan God rechtvaardig voor jou zijn. Hij redt je rechtmatig. Zijn rechtshandeling mag dan oneerlijk lijken (iemand zonder zonde sterft voor alle zondaars), hij is wel keihard, loepzuiver en definitief.

Geen straf meer. Geen veroordeling. En ook jouw genezing is rechtmatig door God afgehandeld. Zo wil God het, op grond van het rechtvaardige oordeel dat Hij voltrokken heeft in Jezus.

Je geloof wordt beslist sterker als je begrijpt dat God niet alleen van je houdt en voor je kiest, maar je ook recht heeft gedaan. Hij heeft al jouw zonden in Jezus veroordeeld en verklaart je op grond van zijn rechtvaardige reddingsactie rechtvaardig. Hij geeft je op grond van zijn logische, consequente rechtshandeling de positie van een vergeven, vrijgesproken, rechtvaardige persoon.

Dat doet Hij niet omdat je altijd even aardig of goed bent en ook niet omdat je nooit meer zondigt, maar allemaal vanwege Jezus. Geen aanklacht kan daar ooit nog een speld tussen krijgen!