Het zaad moet sterven

Waarachtig, ik verzeker u: als een graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft het één graankorrel, maar wanneer hij sterft draagt hij veel vrucht.
Johannes 12:24

Jezus gebruikt hier een beeld uit de natuur om ons duidelijk te maken wat er met Hem gebeurt. Hij zal sterven om veel vrucht te kunnen dragen. Hetzelfde moet er met ons gebeuren.

Het beeld van het zaad dat moet sterven brengt tot uitdrukking wat er met ons gebeurt als we nieuw leven ontvangen. Ons natuurlijke leven, dat van oorsprong zondig is, moet door God veroordeeld worden. Het moet dood. Jezus heeft die veroordeling voor ons op zich genomen. Het zaad moet sterven. Maar Hij zegt over ons: ‘Wie mij dient moet mij volgen: waar ik ben zal ook mijn dienaar zijn’ (Joh. 12:24-26). We volgen Jezus in zijn dood en ondergaan in Hem de veroordeling van onze zondige natuur. Vervolgens staan we ook met Hem op in het nieuwe leven, dat nu niet meer gebonden is aan de macht van de zonde, die ons gebonden hield aan veroordeling en dood.

Precies hetzelfde betekent onze doop: ‘We zijn door de doop in zijn dood met hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden’ (Rom. 6:4).

Vanaf dat moment kunnen we God dienen. Vrucht dragen, net als Jezus. We leven in de positie van Jezus, als kinderen van de Vader, die Hem eren door veel vrucht te dragen (Joh. 15:8).

‘Waar ik ben zal ook mijn dienaar zijn,’ zegt Jezus. Op die plek, zegt Hij, zal de Vader ons eren. ‘Wie mij dient, zal door de Vader geëerd worden’ (Joh. 12:26). Ja, dat lees je goed: de Vader zal je eren!

God de Vader houdt meer van jou dan je ooit van jezelf kunt houden. Hij eert jou!