Jezus in Israël

Daarna werd Jezus door de Geest meegevoerd naar de woestijn.

Matteüs 4:1

Israël is een bijzonder land. Hier komen drie continenten samen: Afrika, Europa en Azië. De strakke kustlijn nodigt uit om aan land te komen. De dalen die van noord naar zuid lopen zijn ideaal om doorheen te trekken. In vredige tijden levert dat open land veel handel op. Maar in tijden van oorlog wordt hier de strijd uitgevochten.

Israël is ook een extreem land. Kleiner dan Nederland, maar met enorme verschillen. In het noorden kun je het hele jaar door skieën op de berg Hermon. Enkele tientallen kilometers naar het westen ligt het strand, waar je lekker kunt zonnen.

De heuvels en dalen van Galilea zijn groen en vruchtbaar, die van Samaria bruiner en kaler. De Jordaanvallei is weelderig subtropisch, maar mondt uit in de Dode Zee, waar niets kan leven, zo zout is het daar. De bergen ten oosten van Jeruzalem zijn woest en onherbergzaam. Maar in het westen is het groen en vriendelijk. Jeruzalem ligt hoog. Het hoogteverschil tussen Jeruzalem en Jericho, twintig kilometer naar het oosten, bedraagt zo’n 1500 meter. Daar bereik je het diepste punt van al het land op aarde, meer dan 300 meter beneden zeeniveau. Er valt in Jeruzalem meer neerslag dan in Amsterdam, maar dat zijn wel stortbuien, meestal is het er kurkdroog. De Negevwoestijn in het zuiden is de een na droogste woestijn ter wereld.

Israël wordt in de Bijbel de navel van de wereld genoemd (Ezech. 38:12). God koos dit land en volk uit om zijn plannen met de wereld mee te realiseren. Als Jezus gedoopt is in de Jordaan, wordt Hij door Gods Geest de barre woestijn ingeleid. Hier zal Hij ons voorgaan om te laten zien hoe je in de moeilijkste omstandigheden heerst over de omstandigheden en afrekent met Satan.

Matteüs 4:1-11 Marcus 1:12-13 Lucas 4:1-13