Rembrandt van Rijn – Honderd gulden prent

De aantrekkingskracht van Jezus

Welke indruk krijgen we van Jezus als we met Hem kennismaken in de vier evangeliën? Als we zijn wonderen zien, zijn woorden tot ons door laten dringen, zijn verhalen in ons opnemen? Als we horen wat Hij over zichzelf zegt? Wat zien we in Hem? Stel dat je een geweldig tekentalent had en je was door Hem gegrepen, wat zou je dan uitbeelden? Moet je kijken hoe Rembrandt Hem neerzet in zijn Honderdguldenprent: een en al vriendelijkheid en welwillendheid, vol mededogen en genade.

Zodra je deze tekening (een ets in zwart-wit van 27,8 x 38,8 cm) onder ogen krijgt, wordt je oog getrokken naar Jezus zelf. Je ziet Hem daar staan als een licht midden tussen de mensen, die uit de meest duistere hoeken en gaten op Hem afkomen. Laat je je blik vervolgens naar rechts glijden, dan word je getroffen door het enorm verfijnde lijnenspel waarin de figuren en achtergronden in de donkere delen gearceerd zijn. Ze komen allemaal op Jezus af. Dwaalt je blik naar links, dan valt het op dat de figuren die daar staan met enkele krassen van de burijn net zo raak getroffen zijn. Die groep staat er wat passiever bij. Jezus staat er met een open gezicht en glanzend in zijn aura uiterst verfijnd en teder uitgewerkt tussenin. Op de een of andere manier moet je wel naar Hem blijven kijken; je blik keert steeds weer naar Hem terug.

Kijk je beter naar dit tafereel, dan zie je hoe Rembrandt allerlei elementen uit het optreden van Jezus samenbrengt in een caleidoscopische voorstelling van evangelieverhalen. Er worden kinderen bij Hem gebracht: de kleinste wordt naar zijn geopende armen opgetild tot bij zijn hart, een peuter volgt. Tussen hen in zit een rijk geklede jongeman die vertwijfeld zijn hand voor zijn mond houdt. Om Jezus heen zitten zieken die zich in allerlei houdingen naar Hem buigen en zo te zien grote verwachtingen van Hem hebben. Meer naar rechts wordt een blinde man door een vrouw uit de schaduw getrokken. Naast hen staat een vrouw klaar om haar levenloze zoon op een kruiwagen naar Hem toe te rijden. Meer naar rechts zie je nog meer figuren uit het donker opduiken die iets van Jezus verwachten.
Dat is wel heel anders met het groepje wetgeleerden dat je links van Jezus ziet. Rembrandt heeft ze met een paar luchtige lijnen opgezet. De mannen daar in de hoek hebben als enigen geen aandacht voor Jezus. Ze zijn druk bezig met elkaar en met hun meningen en oordelen. We zien hoe er één boos kijkt, een ander meewarig lacht en een volgende met zijn hand tegen zijn hoofd slaat.

Rembrandt van Rijn (1606-1696) maakt er een sport van om Jezus in een geloofwaardige werkelijkheid te plaatsen. Het gewone leven is in zijn bijbelse voorstellingen nooit ver weg; zijn figuren zijn meestal in zeventiende-eeuwse mode gekleed, ook op deze afbeelding. Typisch Rembrandt in zijn weergave van het alledaagse is ook de hond die je op de voorgrond ziet liggen.

De kunstenaar neemt ook graag sprekende details in zijn werk op. Laten we onze blik nog even ronddwalen over de voorgrond, dan zien we pal in het midden een losse steen liggen. Het is de steen die niet geworpen werd, omdat Jezus met zijn uitspraak ‘Laat wie zonder zonde is maar de eerste steen werpen’ duidelijk maakte dat niemand het recht heeft om de ander te veroordelen.
Voor in beeld zien we nog iets opmerkelijks. De kunstenaar laat een jonge plant uit een gat in de grond omhoog kronkelen. Het is een beeld uit de profetie van Jesaja. Johannes de Doper wees erop toen hij een nieuw begin aankondigde en sprak over de bijl die al bij de wortel van de boom ligt. Op deze prent is de oude stam met wortel en al weggehakt, en er komt inderdaad een nieuwe scheut tevoorschijn.

Hoewel Rembrandt Jezus dus in het gewone leven plaatst, tilt hij Hem er in dit kleine, verfijnde meesterwerk tegelijkertijd op subtiele wijze bovenuit om zijn universele betekenis te benadrukken. Hij toont Jezus in zijn tekening als het licht van de wereld, zoals Hij bij zijn geboorte al werd aangekondigd en zichzelf later ook zou noemen, door Hem een stralenkrans om zijn hoofd te geven. Hij is ook het woord dat er vanaf het begin al was en er altijd zal zijn, wat Rembrandt duidelijk maakt door links naast Jezus twee beroemde figuren te plaatsen die voor Jezus’ tijd leefden. We zien een kale Socrates, de Griekse filosoof die 400 jaar voor onze jaartelling leefde. Hij was niet alleen bekend door zijn epistels, maar ook door zijn afbeeldingen in bustes en beelden, waarvan Rembrandt een exemplaar in zijn atelier had staan. Zelf een beroemde leraar, staat Socrates hier als een gretige leerling naar Jezus toegebogen. Achter hem zie je nog zo’n vermaarde filosoof. Het is Desiderius Erasmus, die anderhalve eeuw voor Rembrandt leefde. Met zijn karakteristieke muts op staat deze ook beroemde Rotterdammer geboeid naar Jezus te luisteren. Je ziet hoe die twee grote denkers Jezus’ woorden indrinken en in Hem zonder terughoudendheid hun meerdere erkennen.

Eén groep mensen ontbreekt op deze tekening. De mannen en vrouwen die het meest intensief met Jezus optrokken, zijn discipelen. Je zou kunnen zeggen dat het papier te klein was voor de tekenaar om die er ook nog allemaal op te krijgen. Maar misschien heeft Rembrandt wel gedacht dat iedereen die naar zijn tekening kijkt een discipel van Hem zou kunnen zijn. Dan zijn de discipelen toch aanwezig en staan ze misschien wel dichterbij Jezus dan sommige figuren die hij aan het papier heeft toevertrouwd.

Rembrandt kent de Bijbel goed. Je ziet in al zijn bijbelse taferelen dat het tekenplezier er vanaf spat. Maar geen van zijn platen is zo doorwerkt en doorleefd als deze. De Hollandse meester heeft meer dan vijf jaar aan deze hommage aan zijn Held gewerkt. Dat is langer dan aan enig ander werkstuk dat Rembrandt ooit vervaardigde, schrijft Gary Schwartz, die een uitputtende studie over het leven en werk van Rembrandt publiceerde. De ets was klaar rond 1650. Er werd honderd gulden voor betaald, een fors bedrag voor die tijd, duurder dan menig schilderij. De tekening overtreft dan ook veel olieverfschilderijen in zeggingskracht.

Kijk je nu nog eens naar Jezus en neem je heel zijn figuur in ogenschouw, dan valt het je op hoe open en kwetsbaar Hij daar staat afgebeeld, zijn armen uitnodigend uitgespreid. Je ziet ook hoe Rembrandt met stevige lijnen extra nadruk legt op zijn handen. Jezus legt de verbinding tussen hemel en aarde: zijn ene hand uitgestrekt naar de mensen, de ander naar boven.

Wat wil Rembrandt ons meegeven vanaf het papier? Wat ontvang je? Buig je nog eens naar Jezus’ gezicht. Je kijkt en je ziet daarin splagchnizomai, het woord uit de Griekse context van de evangeliën waarmee Jezus veelvuldig wordt gekenmerkt. Je wordt geraakt door zijn innerlijke ontferming, zijn bewogenheid, zijn compassie.

Rembrandt van Rijn (1606-1669): Jezus geneest de zieken, ook wel De honderguldenprent genoemd. Voltooid rond 1649. Ets, drogenaald en burijn. 27,8 x 38,8 cm. Rijksmuseum, Amsterdam; ander exemplaren in het Teylersmuseum, Haarlem; het Rembrandthuis, Amsterdam en in musea in Engeland en de Verenigde Staten.

 Doorlezen: Matteüs 9:36; Marcus 6:34; Jesaja 11:1-10; Jesaja 53:2; Matteüs 3:10; Matteüs 9:12.

Willem de Vink