Zuiver naar geest, ziel en lichaam

Mogen heel uw geest, ziel en lichaam zuiver bewaard zijn.

1 Tessalonicenzen 5:23

Bij de poort van Naïn is het dringen. Er wordt een dode jongen de stad uit gedragen om begraven te worden. Zijn moeder is een weduwe die er nu helemaal alleen voor staat. Jezus is bewogen met haar. Hij spreekt de dode aan om op te staan. De jongen richt zich op en begint te praten. Jezus tilt hem van de draagbaar af en geeft hem aan zijn moeder terug. Je kunt je wel voorstellen dat de omstanders sprakeloos zijn, totdat iedereen uitbarst in gejuich (Luc. 7:11-17).

Maar heb je ook door wat Jezus hier eigenlijk doet? Hij doorbreekt de vloek. Jezus doorbreekt voorturend de vloek van de wet, door mensen aan te raken die je niet mag aanraken. In Numeri 5 kun je lezen dat je met niemand in contact mag komen die aan huidvraat lijdt, die bloed verliest of die met een lijk in aanraking is geweest. Zulke mensen moeten zelfs uit de samenleving worden weggestuurd (Num. 5:1-3). Maar Jezus raakt ze tijdens zijn optreden alledrie aan.

Jezus raakt mensen aan die onder de vloek leven naar lichaam (het voorbeeld van de man met huidvraat, Luc. 5:12-16), ziel (bloed, de bloedvloeiende vrouw, Luc. 8:43-48) en geest (dood, zoals hier bij de jongen uit Naïn).

Volgens de wet werd je onrein als je iets onreins aanraakte. Maar Jezus maakt met zijn aanraking alles rein wat eerst onrein was. De wet bracht je onder de vloek. Maar Jezus nam de vloek van ons over, om ons in plaats daarvan zijn reinigende, genezende, overwinnende kracht te geven in alle delen van ons leven (Gal. 3:10-13). Hij schenkt je zijn leven!

Lucas 7:1-17 Matteüs 8:5-13