Brood en wijn zijn signalen van Jezus

Wat schitterend! Wat mooi! Jonge mannen en vrouwen bloeien op, gesterkt door wijn en graan.

Zacharia 9:17

Brood en wijn duiken af en toe in de Bijbel op als signalen van alles wat Jezus heeft volbracht en waar we aan denken bij het avondmaal.

Melchisedek biedt Abraham brood en wijn aan (Gen. 14:18). Zodra brood en wijn voor de eerste keer in de Bijbel genoemd worden verschijnt er openbaring over het evangelie.

Isaak krijgt als erfgenaam van Jakob de zegen van koren en wijn (Gen. 27:28, 37). Gods plan met zijn nageslacht gaat op die manier met hem verder.

De zegen van het beloofde land bestaat uit koren en wijn (Deut. 7:13, Jer. 31:12, Joël 2:19). Symbolen van voorspoed.

Ruth krijgt brood en wijn aangereikt van Boaz (Ruth 2:14). Hiermee begint de romance van de bruid en haar losser.

David krijgt van zijn vader brood en wijn mee voor zijn broers en de soldaten in het leger (1 Sam. 16:20). Ze mogen delen in zijn overwinning.

Degene die weet dat God een welbehagen in hem heeft viert dat met brood en wijn (Pred. 9:7). Zo mag je genieten van het goede leven dat God je gunt.

De kinderen in de verlaten stad vragen hun moeders om brood en wijn (Kl. 2:12). Daarin ligt hun troost en levenskracht.

Johannes de Doper eet geen brood en drinkt geen wijn (Luc. 7:33). Omdat niet hij, maar Jezus met brood en wijn het nieuwe verbond zal instellen en alles wat daarover geschreven werd in vervulling zal laten gaan.

Johannes 6:22-70