Genadetaal

U moet uzelf niet aanpassen aan deze wereld, maar veranderen door uw gezindheid te vernieuwen, om zo te ontdekken wat God van u wil en wat goed, volmaakt en hem welgevallig is.
Romeinen 12:2


Nu we ons verdiepen in Gods genade, zul je wel merken dat genade een taal is die je moet leren spreken. Het is een andere manier van denken. Anders dan alles wat je van nature zou doen, of waar de wereld om je heen mee bezig is.

Wie kan zich voorstellen dat God zijn Zoon zou geven om de zonde op zich te nemen? En dat daaruit voortvloeit dat al je zonden vergeven zijn? En dat de gevolgen van de zonde daarom een halt worden toegeroepen? Wie doorziet in één oogopslag de uitwerking daarvan voor zijn eigen leven?

Maar dat is nog niet alles. Wie begrijpt dat God het initiatief nam om ons te zoeken en te vinden? En dat Hij het initiatief wil houden om ons te kunnen zegenen met alles wat goed en vomaakt en Hem welgevallig is? En dat we daarom mogen rusten in Hem? Wie geeft in één klap zijn eigen inspanningen op?

En wie heeft bedacht dat genade niet iets extra’s is, voor als je het zelf niet meer kunt, maar dat het een doorlopende stroom van overvloed is? Een stroom die je niet ontvangt omdat je zo goed presteert, maar die naar je toekomt als je op God vertrouwt? Wie hoeft er niet te groeien in dat geloof?

Omdat genade zo haaks staat op wat je van nature denkt en doet, moet je opnieuw geboren worden om het te vatten. En vernieuwd worden in je denken om erin te rusten. En anders gaan praten om het tot uitdrukking te brengen. En anders gaan handelen om het zichtbaar te maken.

Dat zal gebeuren naarmate je dieper in Gods genade ondergedompeld raakt. Dus raad ik je aan jezelf te blijven voeden met Gods genade!