Hemel – Aan wie hebben we onze kroon te danken?

‘U komen alle lof, eer en macht toe, Heer, onze God.’ Openbaring 4:11a

Dat we beloond worden is natuurlijk ongelooflijk. God geeft alles waarde! Toch zijn er ook mensen die daarvan schrikken. Is in de hemel de een dan toch weer beter dan de ander? Maar die gedachte wordt bepaald door angst voor oordeel. Dan denken we nog steeds in goed, minder goed, of fout. Terwijl wat God betreft al zijn kinderen even goed zijn. Allemaal gerechtvaardigd. Er is in Jezus helemaal geen veroordeling.1

In de hemel is geen jaloezie. Geen trots. En ook geen minderwaardigheidsgevoel. Niemand wordt voorgetrokken of achtergesteld. De verschillen zijn er om te vieren. Wat God jou als beloning geeft past bij jou en dat maakt je alleen maar mooier, zoals het iedereen mooier maakt. We zullen er blij mee zijn.

Trouwens, alles wat God beloont, heeft hij zelf in jouw leven aangebracht.2 Het zijn niet jouw prestaties die hij beloont. Het is zijn vrucht die hij in jou ontwikkelde. Hij zet een kroon op wat hij zelf in jou had gestopt en wat er samen met jou ook uit kwam. En daarom zingen we samen:

‘U komen alle lof, eer en macht toe, Heer, onze God, want u hebt alles geschapen: uw wil is de oorsprong van alles wat er is’ (Openbaring 4:11).

1 Rom. 8:1; 2 Joh. 15:1-8, Hgl. 4:16