Hemel – We zullen onze kleintjes terugzien

En zij zullen als koningen heersen tot in eeuwigheid. Openbaring 22:5b

Niets is zo aangrijpend als bij een graf staan van een kind dat naar ons idee veel te vroeg is gestorven. Ik heb meerdere keren zo’n begrafenis geleid. Het vergt veel inlevingsvermogen van me. Eerst in het contact met de ouders tijdens de voor- bereiding van de dienst. Dan samen met hen onder de mensen die de dienst bijwonen. En met het kostbare kind dat we afstaan aan God.

Soms zou ik het liefst willen zwijgen. Maar woorden geven troost, richting, hoop. Ik heb mijn ogen geoefend om die hoop te zien en mijn stem beschikbaar gesteld om die uit te spreken.

Het zou triest zijn als ik niet kon vertellen dat de dood niet het einde is. Gelukkig is het onbekende geen angstaanjagend zwart gat, maar een welkom dat oplicht. Er is voorbij de dood een hemel waar we welkom zijn. Jezus is ons daarheen voorgegaan. Ook het kind wordt door hem opgevangen en krijgt daar een veilige plaats om ver- der op te groeien. Niet als een ster, geest of engeltje, maar tot de stralende koning die het daar zal zijn. Zo zullen we hem of haar terugzien, waardig als een koning, zoals we daar allemaal koningen zullen zijn.1

Wonderlijk, dat je met dat vooruitzicht toch blij kunt zijn, zelfs als je afscheid moet nemen van een geliefd kind. In die vreugde ervaar je de kracht van het geloof in de hemel.

1 Op. 5:9, 20:4