Jezus werpt geen steen

Wie van jullie zonder zonde is.
Johannes 8:7b


‘Wie zonder zonde is, laat die de eerste steen werpen,’ zegt Jezus. Wie zonder zonde is? Dat is alleen Jezus zelf. Maar Hij werpt geen steen.

Omdat Jezus zonder zonde is, zou Hij iedereen kunnen veroordelen. Hij heeft recht van spreken. God heeft het oordeel dan ook in handen van zijn Zoon gelegd (Joh. 5:27). Maar Jezus veroordeelt niemand.

‘God heeft zijn Zoon niet naar de wereld gestuurd om een oordeel over haar te vellen, maar om de wereld door hem te redden,’ zegt Jezus over zichzelf (Joh. 3:17).

Wat een genade: de Bijbel benadrukt dat er niemand die in Jezus is, wordt veroordeeld (Joh. 5:24, Rom. 8:1). ‘Over wie in hem gelooft wordt geen oordeel uitgesproken’ (Joh. 3:18a).

De wereld was al veroordeeld. En wie de genade die Jezus bracht buitensluit blijft veroordeeld. Gods oordeel rust op de zonde. Mensen veroordelen zichzelf als ze Jezus negeren. ‘Wie niet in hem gelooft is al veroordeeld, omdat hij niet wilde geloven in de naam van Gods enige Zoon’ (Joh. 3:18b).

Maar Jezus neemt dus de veroordeling weg. ‘Ik veroordeel u niet,’ zegt Hij. Hij slaat met zijn genade de steen van de wet uit de handen van onze aanklagers. Je bent vrijgesproken – om vrijuit met God te kunnen omgaan.