Jopie Huisman – Lappenpop

Het wonder in de kleine dingen

Jopie Huisman ontrukt met zijn werk het onaanzienlijke aan de vergetelheid door het liefdevol vast te leggen in tekeningen en op schilderijen. Hij leert ons daarmee opmerkzaam te zijn op de meest alledaagse dingen en ervan te gaan houden. De kunstenaar schildert bijvoorbeeld een versleten broek en noemt het een zelfportret. Of hij legt een botervlootje gevuld met suiker vast. Op het schilderij dat we hier zien vraagt hij aandacht voor een pop die achteloos op een berg lompen werd gesmeten. Hij schenkt het op doek een nieuw leven. Op de een of andere manier lijkt de pop inderdaad te leven: met haar waakzame oog kan ze elk moment onze richting uit kijken.

Huisman is de schilder van de genade, het mededogen, de menselijke maat waarin hij waardigheid en warmte brengt. Alles is hem even kostbaar: het riet aan de waterkant, een verlaten merelnest, zelfs het stof op de rotzooi die hij verzamelt krijgt zijn aandacht. ‘Hoe kleiner de wereld, hoe beter ik mij voel,’ zei hij. Huisman zag in de kleinste dingen de hand van de Schepper. Wat niet veel lijkt kan in zijn werk zomaar betekenis krijgen. Hij zei over zijn aandacht voor de kleine dingen: ‘Onze eigen wereld wordt niet gekenmerkt door wat we zien, maar door wat we over het hoofd zien. De kunstenaar wil de spiegel van zijn muur halen en zien wat daarachter zit.’

Jopie Huisman groeide op in Friesland, waar hij handelde in lompen en oud ijzer. Van jongs af aan legde hij vast wat hij om zich heen tegenkwam. Hij tekende en schilderde om een reactie te krijgen. ‘Als het een ander niets te zeggen heeft, stop ik ermee,’ zei hij. ‘Ik ben geen idioot die in zichzelf zit te praten en naar de punt van het penseel zit te staren. Schilderen doe je met elkaar.’ Dat met elkaar schilderen werd door sommigen wel erg letterlijk genomen. Tijdens een tentoonstelling in het Brabantse Nuenen (waar zijn verwantschap met Vincent van Gogh moest blijken) werden drie van zijn schilderijen gestolen. Vrienden van hem vonden dat zijn werk voortaan niet meer moest reizen, daarom kreeg hij in 1985 een eigen museum in zijn woonplaats Workum.

Huisman voelde zich verwant met Jezus, die ook aandacht vroeg voor de kleine dingen. Voor de vogels in de lucht, de bloemen op het veld, het graan, het zaad, voor een arme oude vrouw, voor zieken en kinderen. De woorden van Jezus ‘Want wie de kleinste onder jullie allen is, die is werkelijk groot,’ nam hij ter harte. De kunstenaar herkende in het onaanzienlijke zijn eigen verwerping, maar hij kende ook de aandacht van God waarmee hij uit het nietswaardige werd opgetild. Net zo tilde hij zelf het kleine, fragiele en kwetsbare op.

Er is liefde nodig om de kleine dingen te zien en aandacht te geven. Kunstenaars helpen ons daarbij. Jopie Huisman weet hoe hij liefde voor het onaanzienlijke bij ons op kan wekken. Hij bevestigt daarmee dat alles om ons heen kan spreken van de eenvoudige vreugde en stille waardigheid die de Schepper in zijn werk heeft gelegd. Zelf zei hij daarover: ‘Hemel en hel heb ik allebei aan den lijve ondervonden en uit zelfbehoud, egoïsme en drang naar geluk heeft de liefde in mij de overhand gekregen en zo wordt alles betoverd en wordt een oude, vieze, weggesmeten pop een ding dat je ontroeren kan. De aandacht die ik eraan gegeven heb, samen met de aandacht die u eraan geeft, zorgt ervoor dat het niet meer verdoemd is, niet meer alleen.’

Jopie Huisman (1922-2000), Lappenpop, olieverf, 1975, 60 x 70 cm, Jopie Huisman Museum, Workum.

Doorlezen: Lucas 8:5-8; 8:16-17; 9:48; 9:58; 12:6-7; 12:22-31; 54-56; 14:13-14; 14:34-35; 15:3-10; 17:6; 20:24-25; 21:1-4; 21:29-31.

Willem de Vink