Vanaf het kruis hoor je Gods vergeving

Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen die in Christus Jezus zijn.

Romeinen 8:1 (NBG ’51)

Edvard Munch schildert de gekruisigde Jezus in de massa voor wie Hij bidt. Je ziet hoe de mensen onder hun veroordeling gebukt gaan. De angst voor de dood, nee, de dood zelf is in iedereen zichtbaar. Niemand anders kon dat zo beklemmend schilderen als deze Noorse kunstenaar. Maar kijk ook hoe Jezus boven de massa wordt uitgetild. Hij zal een nieuwe mensheid scheppen, zonder angst.

Luister maar eens hoe daar elke veroordeling tot een einde wordt gebracht. ‘Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen,’ klinkt het vanaf dat kruis. Jezus’ gebed wordt ter plekke verhoord: God zal iedereen vergeven.

‘Vader,’ bad Jezus dus. Terwijl Hij daar tussen hemel en aarde hing, verbond Hij God als Vader met ons mensen. ‘Vergeef het hun,’ bad Hij. Vergeven betekent het kwaad niet toerekenen, afzien van vergelding, loslaten, vrijzetten. ‘Want ze weten niet wat ze doen.’ Het kwaad hield zich schuil; iedereen dacht dat het terecht was dat er een schuldige aangewezen en veroordeeld moest worden – oog om oog, tand om tand. Totdat Jezus elke veroordeling in het ongelijk stelde.

Want God wist wél wat Hij deed. Jezus kwam niet om de wereld te veroordelen, maar om haar te redden (Joh. 3:17). Omdat Hij zelf geen enkele zonde had begaan, kon Hij de zonden van iedereen op zich nemen. Toen God alle zonden van de hele wereld in Jezus veroordeelde, trad Hij tegenover Jezus op als rechter – zodat Hij voortaan voor altijd onze Vader zou kunnen zijn.

Zo verhoorde Hij Jezus’ gebed.

(Schilderij)

Munch – Golgotha (1900, Munch museum, Oslo)