Echte aanbidding

 

‘Abba, Vader!’

Romeinen 8:15

Aanbidding is een fundamentele behoefte van mensen. Je hebt het nodig om iemand te bewonderen en je door hem te laten inspireren. Je bent pas compleet als je je met hart en ziel kunt richten op iemand buiten jezelf, groter dan jezelf, maar wel veilig voor je. God heeft je geschapen om Hem te aanbidden.

Toch lagen er allerlei obstakels voor die aanbidding. Mensen voelden zich onwaardig, God leek ver weg. Er moesten dan ook allerlei rituelen in acht genomen worden om Hem te kunnen aanbidden. Totdat Jezus kwam.

 

‘Maar er komt een tijd, en die tijd is nu gekomen, dat wie de Vader echt aanbidt, hem aanbidt in Geest en in waarheid’ (Joh. 4:23).

Jezus heeft je zijn Geest gegeven, de Geest van de waarheid (Joh. 14:16-17). Die bevestigt de waarheid over jou: dat je Gods kind bent, waardig en in staat om God te aanbidden … als je Vader.

U hebt de Geest ontvangen om Gods kinderen te zijn, en om hem te kunnen aanroepen met ‘Abba, Vader’ (Rom. 8:15-16).

Zo mag je God de Vader aanbidden: als zijn bloedeigen kind en vol van zijn Geest.

‘De Vader zoekt mensen die hem zo aanbidden, want God is Geest, dus wie hem aanbidt, moet dat doen in Geest en in waarheid’ (Joh. 4:24).

De Vader zoekt: Hij wenst en begeert zulke aanbidders. En Hij krijgt ze: nieuwe mensen, opnieuw geboren, zijn eigen kinderen. Want Hij is de Vader.

Dit hoort God het liefste uit jouw mond: ‘Abba, Vader!’ Dat is echte aanbidding.

Johannes 4:1-42