Geen brandlucht, geen veroordeling

Er hing zelfs geen brandlucht om hen heen.
Daniël 3:27b


Ruik ik nog een brandlucht bij jou? Dat is echt niet nodig ...

Sadrach, Mesach en Abednego zijn gebedsvrienden van Daniël. Ze doen hun werk in een omgeving waar voor God geen plaats is. Daarom moeten ze hun liefde en ontzag voor God bekopen met hun leven. Zo lijkt het tenminste als ze in een gloeiend heet gestookte oven worden gesmeten.

De kerels die hen erin gooien worden door de gloed van de vlammen verteerd, maar het vuur krijgt geen vat op deze drie vrienden. Er is hulp: iemand is bij hen die door de omstanders herkend wordt als een Zoon van God.

De wereld om ons heen zit boordevol veroordeling, maar als het jou probeert te bereiken, blijf je ongedeerd.  Jezus verbindt zich aan jou. En in Hem is geen veroordeling. Jouw redding betekent jouw bescherming, tot in de kleinste details van je leven. Geloof je dat?

‘Het vuur had geen vat gekregen op hun lichaam. Geen haar op hun hoofd was verschroeid, hun jassen waren nog heel, er hing zelfs geen brandlucht om hen heen’ (Dan. 3:27).

Je hoeft niet bang te zijn om verworpen of afgewezen te worden als Jezus met je meewandelt. Je hoeft ook niet gestresst of verbitterd te raken door wat mensen je aandoen. Zijn vrede bewaart zelfs je jas en je haar.

Geen brandlucht. Geen spoor van veroordeling.