Geen veroordeling – Balk en splinter

‘Met de maat waarmee je meet, zal jou de maat genomen worden.’
Matteüs 7:2

Hoe je naar jezelf kijkt, bepaalt hoe je naar de ander kijkt.
We kennen het principe van ‘wat je zegt ben je zelf’, of ‘wie met een vinger naar de ander wijst, wijst met vier vingers naar zichzelf’. Eigenlijk zeggen we: oordeel je over de ander, dan oordeel je over jezelf. Maar het is ook andersom: zolang je jezelf nog oordeelt, zul je de ander blijven oordelen.
Jezus vergelijkt veroordeling met een balk en en splinter. Hier spreekt de timmermanszoon.

‘Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder of zuster, terwijl je de balk in je eigen oog niet opmerkt?’ (Matteüs 7:3).

Als je met veroordeling naar de ander kijkt (je ziet een splinter), blijkt daaruit dat je jezelf nog veroordeelt (je loopt zelf met een balk rond). Je merkt dat probleem echter niet op, want je denkt dat je recht van spreken hebt. Maar je zou beter moeten weten.

‘Hoe kun je tegen hen zeggen: “Laat mij de splinter uit je oog verwijderen,” zolang je nog een balk in je eigen oog hebt?’ (Matteüs 7:4).

Zolang je de ander blijft oordelen, houd je jezelf voor de gek: je veroordeelt jezelf daarmee.

‘Huichelaar, verwijder eerst de balk uit je eigen oog, pas dan zul je scherp genoeg zien om de splinter uit het oog van je broeder of zuster te verwijderen’ (Matteüs 7:5).

Veroordeel je jezelf niet langer, dan ga je de ander zien zoals je jezelf ziet. Ook die is geliefd en gerechtvaardigd. Nu kun je hem of haar vergeven en vrijspreken uit het oordeel.

Stiltetip – Zie en zeg: ‘Ik ben geliefd en gerechtvaardigd. Ik mag anderen helpen om te zien dat zij ook geliefd en gerechtvaardigd zijn.’