Gods naam is Vader

‘Wie de Vader is, dat weet alleen de Zoon, en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren.’
Matteüs 11:27


Je hoeft maar in de Bijbel te bladeren (in het Oude Testament) of Gods naam springt eruit: HEER met hoofdletters. Wat die naam betekent weten we, omdat God dat bekendmaakte aan Mozes: Ik zal er zijn. Maar hóe zal God er dan zijn?

Als een schepper die op afstand meekijkt hoe zijn schepping zich ontwikkelt? Als een rechter die mensen weegt en goed- of afkeurt? Als een koning die zijn regels op zijn onderdanen legt en gehoorzaamheid eist? Hoe?

Voor die vraag moet je bij Jezus zijn. Hij geeft ons Gods naam terug. De Bijbel biedt ons de gelegenheid mee te luisteren met de intieme momenten die Jezus met God heeft. Heb je het ook gehoord? Het valt op dat Hij God altijd en overal zijn Vader noemt. Die naam draagt Hij over. Hij wil dat we God zo zullen kennen.

‘Als jullie Mij kennen, zullen jullie ook mijn Vader kennen. Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien’ (Joh. 14:7-9).

Als Gods naam betekent: ‘Ik zal er zijn’ – hóe wil God er dan zijn? Dat maakt Jezus dus duidelijk: als Vader! Jezus heeft Gods naam zijn definitieve betekenis gegeven, zijn beslissende klank: Hij is de Vader. Onze Vader (Mat. 6:9)!

Als God onze Vader is, dan is Hij onze oorsprong. Dan zijn we van zijn bloed. En ook van zijn Geest. Dan zijn we vol van Hem. Want is Hij onze Vader, dan zijn wij dus zijn kinderen. Daarom dringt Gods Geest er in ons op aan om Hem Vader te noemen.

U hebt de Geest ontvangen om Gods kinderen te zijn, en om hem te kunnen aanroepen met ‘Abba, Vader’ (Rom. 8:15).

Tip – Zeg je: ‘God is mijn Vader’, zeg dan ook: ‘Ik ben Gods kind.’