Hemel – Jouw eigen unieke leven voorbij de dood

‘Hij is geen God van doden, maar van levenden.’ Marcus 12:27a

In Gods grote plan staat een moment gepland waarop Jezus terugkomt op aarde. Iedereen die bij hem hoort krijgt op dat moment een nieuw, hemels lichaam.1 In dat lichaam zullen we voor Gods troon staan en onze redding vieren.2 Dan is de tegen- stander definitief verslagen.3

Zo ver is het nog niet. Maar als we sterven zullen we wel al blijven leven.4 Tot het moment dat God een nieuwe hemel en een nieuwe aarde schept is er een plek voor ons persoonlijk bij hem.5 Die wordt wel ‘de schoot van Abraham’ genoemd,6 het paradijs,7 het huis van de Vader,8 of de intrek bij de Heer.9

Een eeuwige, niet door mensenhanden gemaakte woning in de hemel (2 Korintiërs 5:1b).

Als we sterven leggen we ons oude, stoffelijke lichaam af. Maar onze geest geven we in Gods handen.10 We zullen blijven leven, want we hebben Gods levendmakende Geest in ons.11 En hij brengt ons waar hij ons hebben wil: bij hem!

Hiervoor heeft God zelf ons gereedgemaakt, door ons de Geest als onderpand te geven (2 Korintiërs 5:5).

1 1 Kor. 15:20-23, 42-57, 1 Tes. 4:16-17; 2 Op. 7:9-10, 22:3-4; 3 Mat. 25:41, Op. 20:14-15; 4 Mat. 10:28; 5 Filip. 1:20-23; 6 Luc. 16:22, NBG ‘51; 7 Luc. 23:43; 8 Joh. 14:2; 9 2 Kor. 5:8; 10 Luc. 23:46, Hand. 7:59; 11 Gen. 1:26, 2:7, 1 Kor. 15:45b