Hemel – We verwachten een andere stad

Door de zegen van oprechte mensen komt een stad tot bloei. Spreuken 11:11a

In de Bijbel is de stad de plek waar de machten van de wereld heersen. Die worden veroordeeld. Of ze nu Babel of Rome, New York, Beijing of Amsterdam heet, zo kijkt God naar de stad. Maar hij kijkt ook naar zijn mensen die er wonen. De mensen
die zijn genade kennen en zijn woord met zich meedragen. Hij draagt ze op om te bidden voor de stad.

‘Bid de HEER voor de stad waarheen ik jullie weggevoerd heb en zet je in voor haar bloei, want de bloei van de stad is ook jullie bloei’ (Jeremia 29:7).

Waarom? Niet om ons met de stad te vereenzelvigen. We zijn er vreemdelingen. Ook niet om haar te veroordelen. Dat laten we aan God over. Maar om haar te zegenen, zodat het ons goed gaat. Eens zal God het hele stadssysteem met haar machten vernietigen. Intussen bouwt hij in de hemel aan zijn eigen stad, die hij op aarde zal vestigen.1 Dat is onze hoop.2 Nu leven we in ballingschap, dan zijn we thuis.

Maar het hemelse Jeruzalem is vrij, en dat is onze moeder (Galaten 4:26).

Daarom zetten we net als Daniël het raam van ons hart open als we bidden voor de stad waar we wonen.3 We bidden richting het nieuwe Jeruzalem.

1 Heb. 11:10, Op. 21:2; 2 Heb. 11:16; 3 Dan. 6:11