Henri Matisse – Chapelle du Rosaire, Vence

 

Verlangen naar rust

English Henri Matisse prees zichzelf gelukkig dat hij elke ochtend wakker werd met het mediterrane licht, nadat hij besloten had om aan de Franse Rivièra te gaan wonen. Hij werkte daar in ruime, hoge kamers. Uiterst geconcentreerd deed hij dat, ‘als een dokter’, zoals zijn model en assistente Lydia Delektorskaya zei.

Matisse was vaak ziek. Toch straalt zijn werk een en al levensvreugde uit. Je voelt het als je voet zet in de Chapelle de Rosaire, dat ook wel ‘de Matisse Kapel’ genoemd wordt. Het bouwwerk in Vence, een paar kilometer van Nice, werd speciaal vervaardigd voor de Franse kunstenaar, die de architectuur zelf ontwierp, net als alle glas-in-lood ramen, muurschilderingen, kleding voor de priesterdienst en de complete inrichting, stoelen, tafels, lampen, altaar, kruis, alles.

Matisse hield het simpel, niet alleen omdat hij al op leeftijd was (hij was 77 toen hij aan dit project begon). Hij was in zijn leven door allerlei artistieke fasen gegaan, van impressionistisch tot bijna abstract, en telkens etaleerde hij in vorm en kleur zijn tijdloze grootsheid. Maar nu had hij zijn stijl zo ver vereenvoudigd en tot de essentie teruggebracht, dat wat hij maakte bijna kinderlijk zou zijn, als het niet zo trefzeker was. Hij wilde dat zijn werk rust uit zou stralen, vooral rust.

En rust heeft deze kapel. Alles aan het gebouw oogt licht. De muren zijn wit. De muurschilderingen die de wanden sieren bestaan enkel uit zwarte lijnen. Ze ogen kinderlijk eenvoudig, alsof ze zonder moeite zijn gemaakt, maar Matisse schilderde ze wel vanuit zijn rijke ervaring. Daarnaast was hij beperkt omdat hij vanuit een rolstoel moest werken, met zijn penseel aan een stok gebonden. We zien op een van de glanzende tegelwanden de veertien kruiswegstaties, samengebracht in één compositie. Op een andere wand is in dezelfde lijnvoering een madonna met kind neergezet, omringd door wolken. Voor het glas-in-lood gebruikte Matisse maar drie kleuren, geel, groen en blauw, zodat het licht sereen vanuit de vensters de ruimtes in zou vallen. Er moest rust van het project uitgaan. Zijn hele leven had Matisse in zijn werk gezocht naar rust voor zijn rusteloze ziel, naar ‘een prettige leunstoel’, zoals hij zijn kunst noemde. Hier moest die rust eindelijk gevonden worden.

Het kapelproject was op gang gekomen nadat Matisse had gehoord dat hij kanker had. Zijn verpleegster, Monique Bourgois, trad in als non in een Dominicaans klooster. Daar werd Matisse de mogelijkheid geboden voor zijn bouwwerk. Dominicanen vervullen sinds 1216 de opdracht om, zoals zij zeggen, ‘door middel van onderwijs, media, wetenschap en kunst het evangelie van Jezus Christus te verkondigen omwille van het geluk van mensen’. Het is wonderlijk dat Matisse op het einde van zijn leven zijn eigen bijdrage zou leveren aan deze opdracht. Het zou hem zelf de grootste voldoening schenken.

Kunstenaars zijn met hun instinct voor schoonheid in staat om een verlangen op te roepen naar een wereld die nog komen moet. Matisse deed dat met zijn evenwichtige composities en verbluffende kleurgebruik. Toen hij nauwelijks nog kon staan veranderde hij papierknipsels in prachtige collages die een paradijselijke sfeer oproepen. De kapel in Vence (waaraan hij werkte van 1947 tot 1952) was zijn apotheose, ook wat hemzelf betreft, omdat hij hiermee kunst en geloof samenbracht. Hij stierf op 84-jarige leeftijd en liet de kapel achter als, in zijn eigen woorden, zijn ‘meesterwerk’.

En ons meesterwerk? We zouden thuis zelf zo’n kapel kunnen creëren, een ruimte waar we tot rust kunnen komen, omdat we er alle afleiding hebben uitgebannen. Het kan ook zijn dat we die rust in ons hart vinden, omdat we geleerd hebben om ons te concentreren op Jezus’ liefde voor ons, waar we ons ook bevinden. Matisse deed er een leven lang over om alles wat er niet toe deed af te pellen. Wij mogen ontdekken dat in bijzijn van onze Meester alles wat er niet toe doet vanzelf van ons afglijdt. De rust die Hij geeft is genoeg.

Henri Matisse (1869-1954): Chapelle du Rosaire, 1947-1952, Vence, Frankrijk.

Doorlezen: Matteüs 11:28-30; Matteüs 6:25-34; Hebreeën 4:10; Psalm 131; Psalm 139.

Willem de Vink