Het geheim van bidden in de Geest

Wie in een tong spreekt, sticht zichzelf.
1 Korintiërs 14:4 (NBG ’51)

Het eerste wat God aanraakt zodra Hij met zijn Geest in jou woont is je tong. Je ziet dat al in het bijbelboek Handelingen. De tongen van vuur zetten direct de tongen van alle gemeenteleden in beweging. En dat klinkt nogal wonderlijk!

In Jeruzalem zijn de omstanders verbaasd als ze alle volgelingen van Jezus plotseling in vreemde talen horen spreken. Verbazingwekkend: het gaat om talen die ze zelf niet kennen, maar die de buitenlanders verstaan. Het is een wonder waarmee God aangeeft dat Hij de Babylonische spraakverwarring opheft en inruilt voor de eenheid van zijn Geest.

Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en zich op ieder van hen(!) neerzetten, en allen(!) werden vervuld van de heilige Geest en begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven. (Hand. 2:3-4).

Petrus brengt het evangelie in de Romeinse garnizoenstad Caesarea. Hij is nog niet uitgesproken, of de Romeinen stromen vol met Gods Geest. Petrus en zijn vrienden zijn verbaasd.

Ze hoorden hen in klanktaal spreken en God prijzen (Hand. 10:46).

Paulus reist naar Efeze. In die wereldstad zal hij drie jaar lang werken aan de opbouw van de gemeente op het fundament van genade. Maar bij aanvang blijken een paar mensen daar die in Jezus geloven niets te weten van de heilige Geest. Paulus bidt voor hen.

Toen Paulus hun de handen had opgelegd daalde de heilige Geest op hen neer, zodat ze in klanktaal gingen spreken en profeteerden (Hand. 19:6).

Waarom vindt God het belangrijk dat iedereen in klanktaal (tongentaal) gaat spreken? Omdat het iedere gelovige opbouwt (1 Kor. 14:4, NBG ’51).