8 Hoe leidt God je?

Je leeft nu. Maar je kijkt naar de toekomst. En je weet: wat je vandaag doet, bepaalt hoe je leven er morgen uitziet. Spannend! Maar… Welke beslissingen neem je? Welke keuzes maak je? Zoek je dat zelf uit? Veel mensen vertrouwen op zichzelf. Ze denken dat ze ’t zelf wel kunnen redden. Toch weet iedereen wel beter. Vroeg of laat loop je vast. Wil je een bevredigend leven? Niemand redt ’t in z’n eentje. Je hebt God nodig om een zinvolle toekomst tegemoet te zien. Alleen Hij kan alle dingen laten meewerken ten goede. Hoe leidt God je?

God wil erbij zijn. Met je meekijken naar de toekomst. Je helpen om keuzes te maken. Het is Zijn bedoeling dat je rekening met Hem houdt. Door Zijn wil te leren kennen. Daarop af te stemmen. Hoe doe je dat? Vertrouw op Hem. Hij geeft Zijn aanwijzingen. Oefen jezelf om die te ontdekken en op te volgen. God wil verder met je, stap voor stap. ‘Wat God wil is goed, aangenaam en volmaakt.’ (Romeinen 12 vers 2)

Winnaars
Winnen willen we allemaal. We bidden het liefst: “God, maak een overwinnaar van me.” Ja, als dat zou kunnen! “Jij kunt het maken,” hoor je om je heen. “Geloof in jezelf.” Maar pas op. De toekomst ligt niet zomaar voor je open. Je zult hindernissen moeten overwinnen.

Kampioenen weten dat ze iets moeten opgeven om te winnen. Ook Gods Koninkrijk kent kampioenen. Enig idee wat jij moet opgeven om in het leven met God te overwinnen? Dat is je zelfbeschikkingsrecht. De grootste hindernis die je moet overwinnen is je eigen trots. Om met God te kunnen winnen, moet je leren zeggen: “Here God, U mag het voor het zeggen hebben.” (Ps. 33:16-22, Ps. 103:13-18)

Mensen zijn gevoelig voor succes. Iedereen wil komen waar ie wezen wil. Hogerop! Maar soms is de beste manier om vooruit te komen om terug te keren. Als je de verkeerde richting bent ingeslagen. Wie alleen maar gelooft in zichzelf komt zichzelf een keer tegen. Een leven zonder God gaat geheid de verkeerde kant op. Je kunt nog zo vertrouwen op jezelf – maar vroeg of laat kom je bedrogen uit. Daarom moet je bij God beginnen. Met Hem kun je pas echt vooruitkomen. Op Zijn manier. Als Hij jouw leven mag leiden.

Paulus zegt: “Eén ding weten wij: Voor wie Hem liefhebben laat God alles meewerken voor hun bestwil, want Hij heeft een plan met hen.” Wil je een winnaar worden? God helpt je om een toekomst in te stappen waarin niets verloren hoeft te gaan. Als je zegt: “Ik geef me over aan U.” (Jer. 10:23, Pred. 12:13, Rom. 8:28-39)

Jouw toekomst
Hoe ziet jouw toekomst eruit? De toekomst die God wil geven heet eeuwig leven. Het is de weg die Jezus ging. Hij gaf Zijn zelfbeschikkingsrecht uit handen. God mocht ’t voor het zeggen hebben. Hij bezorgde Jezus geen gemakkelijk leven. Jezus ging de onderste weg, die voerde naar de diepste dood. Maar Hij stond er ook uit op. Hij bleef op God vertrouwen. En Hij ontving de grootste heerlijkheid. Jezus, die is nog eens een overwinnaar! Kijk naar Hem als je je afvraagt hoe God je leven wil leiden. Dezelfde weg die Jezus ging, wil God met jou en mij gaan. De weg, waarvan Jezus zei: “Ik doe niets zonder God.” (Joh. 3:36, Fil. 2:5-13, Joh. 5:19 en 30)

Wat verwacht je van de toekomst? Een leuk leven? Een spannende tijd met verre reizen en heldhaftige daden? Of een lieve levenspartner, een fijn gezin, een gezellig huis, een prettige baan? Misschien zit het erin. Misschien ook niet. Wie weet? God weet ’t. Jij kunt je plannen maken. Maar het is belangrijker om te leren je levensweg met God uit te stippelen. Alleen Hij kan je brengen waar je wezen moet. Vertrouw op Hem. Winnaars zijn in Gods ogen mensen die zeggen: “Uw wil mag gebeuren.” (Ps. 119:9 en 10, Spr. 3:5 en 6, Luk. 1:38)

God vertrouwen
Er zijn drie dingen die je zeker moet weten over Gods leiding. Je mag zeker weten dat God een plan heeft met jouw leven. Je mag zeker weten dat God Zijn plan met jouw leven bekend wil maken. Je mag zeker weten dat God je zal leiden, want Hij is jouw Vader en jij bent Zijn kind. Daarom kun je met een gerust hart bidden: “God, houdt U mij in het oog en ken mijn hart. Toets mij. U mag alles weten wat in mij omgaat. Leid mij op Uw weg, die naar Uw eeuwigheid voert.” (Ps. 139 :23-24, Ps. 32:8)

God kun je vertrouwen. Dat weet je als je naar Jezus kijkt. God stuurde Jezus om te laten zien hoe goed Hij te vertrouwen is. Er wordt van jou geen vertrouwen gevraagd in een vaag gevoel. Je mag je vertrouwen baseren op een keihard feit. Jezus, Gods Zoon, stierf aan een kruis. Zoveel hield God van jou. God heeft Zijn liefde bewezen door Jezus te sturen. Dat geeft vertrouwen. Leiding begint met díe God te vertrouwen. (Joh. 3:16, Rom. 5:7-11)

Hoe vertrouw je iemand? Door met hem op te trekken. En naar hem te luisteren. Je vertrouwt hem op zijn woord. Je doet wat hij zegt. Zo kun je God ook vertrouwen. Je leeft met Hem. Je gelooft dat Hij het beste met je voor heeft. En dat het verstandig is om Zijn raad op te volgen. Je luistert naar Hem. Je leest de Bijbel. Je gehoorzaamt Zijn Woord. Je vertrouwt Hem, dus mag Hij jouw leven leiden. (Ps. 25:12-15, Matt. 7:24-27, 1 Joh. 2:3-6)

Vertrouw met heel je hart op de HERE

en verwacht het niet van je eigen verstand.

Laat God delen in alles wat je doet,

dan kan Hij je levensweg bepalen.

Ga niet op je eigen oordeel af,

maar koester ontzag voor de HERE

en ga het kwade uit de weg.

(Spr. 3:5-7)

Kies voor Gods leiding
Je mag God vertrouwen, ondanks de twijfel die je kunt hebben. Soms twijfel je aan God omdat je niet alles van Hem begrijpt. Of je twijfelt aan Hem omdat je niet altijd voelt dat Hij er is. Toch kun je Hem blijven vertrouwen. Je begrijpt niet alles, je voelt niet zoveel, maar je wilt blijven doen wat Hij zegt. Er is vertrouwen, ondanks de twijfel. Je hebt vertrouwen in Jezus, die Zijn leven voor jou gaf.

Er bestaat ook een ander soort twijfel. Het is de twijfel van je wil, die jouw vertrouwen ondermijnt. Als je eraan twijfelt of je wel wilt doen wat God zegt, verlies je je vertrouwen in Hem. Je wilt je eigen zin doen. Niet langer luisteren. Jouw wil komt in de plaats van Gods wil. Dan raakt het vertrouwen zoek. Je raakt steeds verder van Hem verwijderd, tenzij je terugkeert tot het punt waarop je zei: “Uw wil mag in mijn leven gebeuren”. (Mark. 9:24, Joh. 20:24-29, Hebr. 12:25)

Dus. Waar draait het steeds weer om bij Gods leiding? Je zult eerst antwoord moeten geven op de vraag: Mág Hij jouw leven leiden? Denk goed na. Vertrouw je Hem? ‘Waar is de man die ontzag heeft voor de HERE? God zal hem leren om de juiste keuzes te maken.’ (Ps. 25:12)

Gods wil in het groot
Wat wil God? Waar is Hij op uit? Wat is Zijn bedoeling met jouw leven, binnen het grote geheel van de schepping? Dit is duidelijk. God heeft een geweldig plan. En jij mag deel uitmaken van dat grote plan, dat de hele geschiedenis van mensen omvat. God is niet alleen betrokken bij jouw leven. Hij draagt álle dingen, de totale kosmos, de hele schepping. Zelfs de tijd is in Zijn hand. God volvoert Zijn wil en alle dingen die gebeuren dragen daaraan bij. Ook jouw leven past daarin. Jouw bestaan. God wil het zo. Hij wil jou. Jij bent een geliefd onderdeel in het grote geheel van Zijn plan. (Hebr. 1:2-4, Dan. 2:20-22, Ef. 1:7-12)

God heeft besloten om bij mensen te zijn. Het ligt zelfs besloten in Zijn Naam. Hij is de HERE met hoofdletters. Achter die titel in onze Bijbel schuilt in de oorspronkelijke bijbeltekst Gods Naam. Hij is JHWH, wat betekent: ‘Ik ben: Ik zal er zijn’. Gods Naam zegt het al: Hij zal er zijn – voor mensen. Hij is er voor mensen, omdat Hij door Zijn liefde voor mensen gedreven wordt. Alles wat God zegt en doet, alles wat er in Hem leeft en waar Hij Zijn hart op zet gaat uit naar mensen. Hij wil er zijn voor ons. Zo was het in het begin van de geschiedenis, in Genesis, toen God de mensen schiep. En zo zal het zijn bij de voleinding van de geschiedenis, in Openbaring, als God het laatste oordeel uitvoert. Daarom sloot Hij Zijn verbond met Abraham. Daarom leidde Hij Israël uit Egypte. Daarom stuurde Hij Zijn profeten. En dat is ook de reden waarom Jezus kwam. Hij wil bij de mensen wonen. Zo wil God het. En zo zal het gebeuren. (Gen. 1:26, Op. 21:3, 2 Cor. 6:16)

Omdat het bij God om de liefde draait, is het logisch dat Hij wil dat het ook bij mensen om de liefde zal draaien. Liefde voor Hem, liefde voor elkaar. Daarom heeft Hij de gemeente in het leven geroepen, de gemeenschap van christenen. Dat is Gods werkplaats van de liefde. Gods grote plan met mensen ontwikkelt zich via de gemeente. In de gemeenschap van christenen leer je God kennen. De gemeente is ook Gods instrument om de rest van de wereld kennis te laten maken met Zijn liefde. Gods Geest doet Zijn werk in en vanuit de gemeente. Jezus zal terugkomen voor Zijn gemeente. Dan kan God bij mensen op aarde wonen. In Gods grote plan is jouw leven een onderdeel van die gemeenschap. (Ef. 3:14-21, Op. 19:7 en 8)

God voert Zijn plannen uit. Hij gaat Zijn weg met de geschiedenis. Zijn wil gebeurt. Hij is eraan begonnen en Hij zal het afmaken ook. Er is toekomst. God is de God van de toekomst. Hij heeft de tijd geschapen om mensen toekomst te geven. God vraagt om geloof en vertrouwen in de toekomst die Hij voor ons heeft weggelegd. Het is de toekomst van Jezus – Die komt. Hij zal alle dingen nieuw maken. Hij maakt Gods plan met mensen af. De belofte van Zijn komst wekt geloof, verwachting, vertrouwen in de toekomst. God en mensen zullen één zijn. Dat is Gods wil. Die kant wil Hij met ons op. Ook met jou – omdat jij een centrale plaats in Gods grote plan inneemt. (Op.21:3, Op. 22:17-21, Joh. 15:16, Ps. 96)

Gods wil in het klein
God heeft een plan met de mensheid. En Hij heeft een plan met het leven van ieder mens persoonlijk. Ook met jou. Hij weet wie je bent, wat er in je zit en hoe dat er het beste uit kan komen. Hij had jou al voor je geboorte op het oog. Hij heeft ook een doel met jouw leven voor ogen. Elke dag van jouw leven wil Hij betrekken in Zijn plan. Elk detail ook. Wat God wil is goed, aangenaam en volmaakt. Je mag erop vertrouwen dat je met Hem het doel van jouw leven mag bereiken. Je mag er ook zeker van zijn dat Hij jouw leven uiteindelijk compleet zal maken. Tenminste – als je je leven aan Hem toevertrouwt. (Ps. 139, Fil. 1:6, Col. 3:4)

Welke kant wil God met jou op? Welk doel heeft Hij voor ogen?

Hij wil een unieke, persoonlijke levensweg met je gaan. Daar valt veel over te zeggen (en dat doen we in de volgende hoofdstukken ook). Maar in grote lijnen kun je zeggen dat God wil dat je steeds meer op Jezus zult gaan lijken. Dat je Hem zult weerspiegelen in je karakter en in de manier waarop je dingen zegt en doet en met mensen omgaat.

God wil je klaarmaken voor de dag waarop je Jezus zult ontmoeten. De Bijbel noemt dat de oordeelsdag. Dan zal alles wat je gedaan hebt wat niet bij Jezus paste weggenomen worden. Alles wat wel bij Jezus paste zal bewaard worden en jouw bestaan in de eeuwigheid bepalen. Jouw leven hier en nu is dus een belangrijke voorbereiding op het toekomstige leven. (Col. 1:27 en 28, Rom. 8:29-30, 1 Cor. 3:10-15)

Je kunt dit leven zien als een oefening. Alles wat je vandaag denkt en doet is van belang voor jouw leven later. Dat geeft elke dag betekenis. God wil dat alles wat je doet eeuwigheidswaarde krijgt. Dat het af te meten is aan de kwaliteit van Jezus. Waar hebben we het dan over? Wat heeft eeuwigheidswaarde? God is daar duidelijk over. Het gaat om de liefde. Die houdt eeuwig stand. Alles wat je doet uit liefde voor God en mensen blijft eeuwig bestaan. Dat neem je mee in het toekomstige leven als Jezus terugkomt. Het beoefenen van de liefde zoals God die bedoeld heeft (dus volgens het voorbeeld van Jezus) – dat is in grote lijnen Gods wil voor jouw leven. (1 Cor. 13:7-13, 1 Joh. 3:2 en 3)

Maar ja. Soms lukt het allemaal niet. Stuit je op moeilijkheden. Is je leven een vraagteken. Voor God is dat geen probleem. Hij laat alles meewerken ten goede voor wie Hem liefhebben. Voor zulke mensen weet God zelfs van het kwaad nog iets goeds te maken. Zo deed Hij dat met Jezus. Hij keerde de dood om in leven. Zo wil Hij dat in ons leven ook doen. Hij maakt niet alleen onze stommiteiten weer goed, maar Hij neemt ze zelfs op in Zijn plan en gebruikt ze voor ons ten goede. Problemen kunnen iets goeds opleveren als Hij ermee aan de slag mag gaan. Daarom kun je in Gods nabijheid altijd over een hoopvolle toekomst spreken. Zelfs in de moeilijkste momenten. Ook problemen helpen mee om je te vormen naar het beeld van Jezus. (Rom. 8:28, Gen. 50:20, Joël 2:25, 1 Cor. 2:7-9, Jer. 29:11-13)

Voor God zijn de kleinste dingen die je doet belangrijk. Elke beslissing, elk woord, elke handeling. Hij wil erbij zijn. Hij wil je dragen. Je helpen om te doen wat Jezus zou doen. Hij kan je helpen als Zijn Geest in je woont. En als het weleens mislukt, of vaak zelfs mislukt, is Hij er nog steeds bij. Hij is trouw. Hij is te vertrouwen. Hij blijft je dragen, omdat Jezus aan het kruis heel jouw bestaan droeg, inclusief jouw zonden. Hij draagt je en werkt Zijn plannen uit, als je Hem dat toestaat. Als je Hem je leven toevertrouwt. Alles: elke gedachte, ieder woord, al je gevoelens. God wil je leiden vanuit een open relatie met Hem. (Luk. 16:10, 2 Tim. 2:13, Ps. 34:20)

Waar heb jij je hart op gezet? Wil je afhankelijk zijn van God, zodat Hij Zijn wil met jou kan volbrengen? Dan heeft het zin om op zoek te gaan naar Gods wil. Want dan wil Hij jou Zijn wil bekendmaken. God zegt: “Ik weet welke plannen Ik voor jullie heb, zegt de HERE. Met deze plannen heb Ik voor jullie het goede op het oog en niet het kwade. Ik wil jullie weer een toekomst en nieuwe hoop geven.” (Jer. 29:11, Spr. 23:26, 2 Kron. 16:9)

Hoe leidt God?
God wil jou leiden. Maar wel als enige. Je zult iedere andere stem die invloed op jouw leven wil uitoefenen moeten weren. Horoscopen? Waarzeggerij? Of andere voorspellingen? Kap ermee! Alleen als God de enige is die jouw leven mag leiden, zul je ontdekken hoe Hij jouw leven wil leiden. (Deut. 18:10-15, Jer. 2:11-13)

God leidt je als een gids. Hij is een leidsman. Hij wil je leiden naar het leven dat Hij voor jou voor ogen heeft. Hij is als een herder. Een goede herder. Hij wil je alles geven wat je nodig hebt. Jezus gaat je voor. Je mag achter Hem aan gaan. Stap voor stap. Wat is een goede gids? Hij weet de weg. Hij kent de problemen onderweg. Hij let op z’n mensen. Hij brengt hen veilig thuis. Zó is Jezus een gids voor jou! (Ps. 23, Joh. 10:14 en 15, Hebr. 12:1-3 , Joh. 14:1-6)

God leidt je wandelend. Stap voor stap. De Bijbel is er duidelijk over: God wil dat je met Hem wandelt. Sommige mensen worden geremd door hun verleden. Op je weg met God moet je niet teveel stil blijven staan en achterom kijken. Sommige mensen worden opgejaagd door de toekomst. Op je weg met God moet je je niet laten opjutten. Wat telt is het proces dat je vandaag doormaakt. Daarin vormt God je. Hij geeft je elke dag precies genoeg. Zo leidt Hij je de toekomst in. ‘De HERE is goed en graag bereid hun, die dreigen te verdwalen, de juiste weg te tonen. Hij zal de beste weg die men maar kiezen kan, tonen aan hen die zich in hun afhankelijkheid tot Hem richten. Als wij Hem dan gehoorzamen, zal elk pad waarop Hij ons leidt, getooid zijn met Zijn liefdevolle goedheid en waarheid.’ (Ps. 25:8-10, Spr. 4:10-18, Micha 4:5, Ef. 2:10, Jes. 28:16, Matt. 6:25-34)

God gebruikt de tijd. Voor veel mensen is de tijd een vijand. Ze doen er alles aan om de tijd te verkorten. Voor God is de tijd een middel. Hij gebruikt de tijd als gereedschap. Hij wil jou vormen en op je plaats brengen. Daarvoor gebruikt Hij de tijd. Daarom is het belangrijk dat wij gevoelig worden voor Gods timing. Net als Jezus, die Zijn tijd kende. Als je leert om jouw klok af te stemmen op Gods klok, hoeft er geen tijd verloren te gaan en hoef je ook niet overspannen te reageren. Wat wil God bereiken d.m.v. de tijd? Hij wil dat jij groeit, zodat je vrucht zult dragen. Dat kost tijd. Soms moet je wachten, geduld oefenen. Rijpingsprocessen doen hun werk. Op den duur levert de tijd kostelijke vrucht op. Jouw leven wordt bruikbaar voor God. Je mag er zijn om anderen te dienen. (Pred. 8:5, 1 Petr. 4:2, Ef. 5:15 en 16, Joh. 15:8)

Leiding is een relatie
God wil met jou optrekken. Hij wil jouw aandacht. Voortdurend in gesprek met je zijn. Zo kan Hij jouw leven richting geven. God leidt vanuit een relatie. Hoe werk je aan een relatie met God? Door de Bijbel te lezen, de Heilige Geest ruimte te geven en regelmatig te bidden. Zo kom je in gesprek met God en kan Hij jouw leven leiden. (Jes. 30:21)

  1. Het Woord van God. God leidt jouw leven binnen de ruimte die Hij voor jou beschikbaar stelt. Het is de veilige ruimte van Zijn Woord. Lees de Bijbel. Bestudeer de Bijbel. Blijf binnen de grenzen van de Bijbel. Die grenzen zijn ruim. Jouw leven past daar helemaal in. Op zo’n manier, dat God met jou kan optrekken. Binnen Gods Woord heerst God met Zijn Geest, die je het eeuwige leven binnen leidt. Daarbuiten heerst de zonde, die je naar de dood voert. Eigenwijsheid, overmoed, onverschilligheid en andere zonden horen niet thuis in een leven dat buigt voor Gods Woord. Hou je van God, dan hou je van Zijn Woord. Je laat je graag door Zijn Woord leiden. (Joz. 1:8, Ps. 19:8-12, Joh. 8:31 en 32)
  2. De Heilige Geest. Gods Geest woont in je en kan je duidelijk maken of je binnen Gods Woord op Gods weg bent. De Heilige Geest maakt je gevoelig voor Gods wil. Om te beginnen wil Hij je leren om de zonde te haten en het goede te zoeken. Daarnaast wil Hij je helpen om in de richtlijnen van Gods Woord Gods leiding te vinden voor elke dag. Gods Geest maakt Gods Woord levend en van toepassing op het dagelijks leven. Hij geeft je de kracht om Gods wil te volbrengen. Hij maakt je ook blij en dankbaar over de weg die je mag gaan. De Heilige Geest bewerkt een vrede die je vanbinnen kunt ervaren. Het is de vrede van God: Gods jawoord op jouw leven. (1 Joh. 2:20 en 27, Joh. 14:25-27, Rom. 8:14, Rom. 15:13)
  3. Het gebed. Vertrouw je op God, dan ben je niet bang om Hem je vragen voor te leggen. Alle bekende mensen in de Bijbel stelden God vragen. Ze vertrouwden erop dat God hen antwoord zou geven. Omdat ze God serieus namen, zou God hen serieus nemen. Bedenk tegelijkertijd dat God nooit zomaar antwoord op je vragen geeft. Een gesprek met God is nooit vrijblijvend. Hij zal ook jou om een antwoord vragen. Hij wil een antwoord op de vraag of je Hem vertrouwt. Dan kan Hij jouw leven leiden en het antwoord op jouw vragen uitwerken in de praktijk van alledag. Antwoord vragen aan God is dus antwoord geven aan God. Je vraagt en spreekt tegelijkertijd je vertrouwen uit. (Ps. 5:4, Matt. 7:7-11, Jac. 4:3, Matt. 6:9-13)

Wil je dat God jouw leven leidt? Bedenk dan het volgende. Leiding is niet vanzelfsprekend: je moet er naar op zoek gaan. Leiding ontvangen is een kunst: je zult je erin moeten trainen. Leiding is God voor laten gaan: dat vraagt om gehoorzaamheid en afhankelijkheid. Leiding is geen methode: het is strikt persoonlijk en ontstaat vanuit een relatie met God. Leiding wordt steeds moeilijker: de weg van leiding voert je naar steeds grotere afhankelijkheid.

Gods richtingaanwijzers
God wil lijn in jouw leven brengen. Hij helpt je om die lijn te ontdekken. Soms brengt Hij punten aan die je houvast kunnen geven. Referentiepunten. Richtingaanwijzers. Signalen van God die van belang zijn voor de weg die je met Hem gaat. Oefen jezelf om daarop te letten. Bewaar ze. Onthoud ze. Het zijn lichtbakens waar je op af kunt koersen. Ze helpen je om de weg te zien die God met jouw leven gaat.

  1. Jouw openbare getuigenis. Het moment waarop je voor het eerst tegenover mensen jouw geloof in God uitsprak is zo’n moment waarop je terug kunt vallen. Toen al was God je leven richting aan het geven. Je wist het, want je sprak ervan. Jouw doop kan zo’n moment zijn geweest. Of jouw belijdenis. Of die keer dat je aan vrienden uitlegde waar je in je geloof voor staat. God was aan het werk in je leven en Hij gaat door. (Rom. 10:9 en 10)
  2. Een bijbeltekst. Een bijbeltekst of bijbelgedeelte kan heel sterk spreken in je leven. Je weet: dit is precies voor mij. Zo’n tekst kan je helpen om keuzes te maken. Het kan ook bevestigen wie je bent. Het wordt een richtingaanwijzer waar je je op kunt richten. Je kunt erop terugvallen. Je kunt er ook leiding in vinden om een volgende stap te zetten. Bewaar zulke teksten. Zorg dat je ze blijft herinneren. (Ps. 119:105)
  3. Een prediking. Het is mogelijk dat iemand die Gods Woord doorgeeft iets vertelt wat precies voor jou van toepassing is. Het kan een onderwerp zijn waarmee jij bezig bent. Of een zinnetje dat voor jou een eye-opener is. Je weet dat het God was die jou deze gedachte aanreikte. Je kunt er verder mee. Neem zo’n signaal serieus. Onthoud het en doe er wat mee. (1 Thess. 2:13)
  4. Het voorbeeld van iemand anders. Waarom spreekt iemand die al verder op weg is met God jou aan? Misschien omdat God jou ook die richting uit wil hebben. Sommige mensen kunnen je (voor een tijd) voorgaan op jouw levensweg. Probeer meer van zulke mensen te weten te komen. Volg hen, leer van hen en vertrouw erop dat God net zo’n unieke weg met jou wil gaan. (Hebr. 13:7)
  5. Een raadgeving. Ervaren christenen kunnen als klankbord voor jou fungeren. Heb je wijze mensen om raad gevraagd? Wat hebben ze jou gezegd? Toets die raadgevingen. Luister niet uitsluitend naar één persoon, maar zoek naar meerdere raadgevers die je kunnen helpen. Maak gebruik van anderen; in Gods koninkrijk zijn we aan elkaar gegeven om elkaar te helpen. (Spr. 12:15)
  6. Een openbaring. God kan Zich tot jou richten in een profetie, een droom, een engelenverschijning, of een andere bovennatuurlijke vorm. Bespreek zulke openbaringen met enkele volwassen christenen, zodat ze getoetst kunnen worden. Kijk ook of er andere aanwijzingen waren die de inhoud van zo’n openbaring bevestigen. God gebruikt allerlei manieren om ons Zijn wil duidelijk te maken. Samen geven ze richting. (1 Thess. 5:19-21)
  7. Omstandigheden. Zijn er verrassende mogelijkheden die je geboden worden? Of die juist aan je neus voorbij gaan? Wat zou God daarmee bedoelen? Soms moet je volharden als een mogelijkheid geblokkeerd wordt totdat er een deur opengaat. Een andere keer is het een aanwijzing dat je juist een andere richting uit moet gaan. Let ook nu weer op de andere aanwijzingen die God geeft. Bedenk dat God altijd wil leiden vanuit een relatie met Hem en niet vanuit de omstandigheden. (Matt. 12:38-39)
  8. Een langdurig verlangen. De wensen die jij hebt kunnen door God in je hart gelegd zijn. Het kan zijn dat ze in je leven omdat ze bij jou passen. Neem je eigen wensen en verlangens serieus. God neemt ze serieus. Je mag ze aan God voorleggen. Hem de gelegenheid geven ze te ontdoen van onzuivere motieven. Ga op zoek naar mogelijkheden om met jouw wensen God blij te maken. Het kan zijn dat Hij ze gaat vervullen. Hij wil immers dat je leven tot bloei komt en vrucht zal dragen? ‘Verheug je in de HERE; dan zal Hij erop toezien dat je alles krijgt wat je nodig hebt en waarnaar je verlangt. (Ps. 37:4, Spr. 10:24, Ps. 145:19)
  9. Signalen uit je kindertijd. Wat deed je graag als kind? In het kinderspel kan iets tot uitdrukking komen van wat God in jou gelegd heeft. Daar wil Hij misschien met jou verder mee gaan. Zoals we kinderen serieus moeten nemen, moeten we onze eigen kindertijd serieus nemen. Kijk eens hoe God werkzaam was toen je nog een kind was. God begint vroeger met het leiden van ons leven dan we zelf vaak denken. (2 Tim. 3:14 en 15, Jes. 49:1)
  10. Testcase: vrede. God wil de weg die je met Hem gaat bevestigen. Dat doet Hij door je regelmatig te bemoedigen. Misschien door wat mensen tegen je zeggen. Misschien door een bijbeltekst die je zomaar onder ogen krijgt. Misschien door iets wat goed lukt. Maar de belangrijkste bevestiging die God wil geven is Zijn vrede. Het is de zekerheid die je vanbinnen ervaart dat God aan jouw kant staat en blij met je is. Die vrede is als een schuilplaats in moeilijke tijden. Het is de brandstof om door te zetten. En het geheim van een blijmoedig leven. God leidt je vanuit Zijn vrede. (Jes. 26:3, Fil. 4:7)

Hoe neem je een belangrijk besluit? Test jezelf! Mocht God inderdaad de leiding nemen? Heb je voldoende je hersens gebruikt? Heb je genoeg advies ingewonnen? Heb je jezelf op verkeerde motieven onderzocht? Heb je de invloeden die op je inwerken getoetst? Heb je voldoende geduld gehad? Leidt God je van binnenuit met Zijn vrede?

Roeping
God leidt. Hij roept. Gods leiding kan leiden tot een roeping voor een levenstaak.

Er zijn twee soorten roeping. Iedereen is geroepen om met Jezus om te gaan. Hem te volgen. Dat is je eerste roeping, waar je op ingaat als je je bekeert. Uit de weg die je vervolgens met Jezus gaat kan een tweede roeping volgen. Een roeping die je richt op het werk dat je voor God mag doen. Een taak waar God je voor aanstelt. Tussen de eerste en de tweede roeping ligt de tijd waarin je doet ‘wat je hand vindt om te doen’. Dat is die belangrijke vormingstijd waarin God je kan klaarmaken voor je levenstaak. (1 Cor. 1:9, Pred. 9:10)

God roept Abraham (Gen. 12:1-3), Mozes (Ex. 3:2-10), Gideon (Richt. 6:11-14), Samuël (1 Sam. 3:2-20), Saul (1 Sam.10:1), David (1 Sam. 16:11-13), Jesaja (Jes. 6), Jeremia (Jer. 1:4-10), Ezechiël (Ez. 1:1-3), Jona (Jona 1:1), Jezus (Matt. 3:13-17), de discipelen (Matt. 4:18-22), de apostelen (Matt. 10:1-8), Paulus (Hand. 13:1-3). En jou?

Roeping tot een levenstaak heeft bepaalde kenmerken. God is de opdrachtgever. Jij doet wat je opgedragen krijgt. Maar God is ook je Vader. Hij vormt je om die taak ook uit te kunnen voeren. Vanuit een relatie met God de Vader wordt jouw roeping de vervulling van je leven.

Roeping is dé prioriteitRoeping is belangeloos bezig zijn. Je doet het, of het nu winst oplevert of niet. Je doet het, ook als je verlangens of ambities weleens de andere kant op willen gaan. Je doet het, gehoorzaam, nederig, volhardend. Het is een opdracht van God die je volbrengt vanuit liefde voor Hem. Daarom doe je het. (2 Tim. 1:9-12, 2 Cor. 6:1-10)

Roeping wordt beproefdDe echtheid van je roeping zal getest worden. Door problemen. Stagnaties in het werk dat je moet volbrengen. Kritiek van mensen. God die ogenschijnlijk op een afstand blijft. Bedenk dat Gods beproeving nooit oneerlijk is. Hij neemt je serieus en wil verder met je. Daarom test Hij je. Uiteindelijk levert beproeving altijd winst op. Je krijgt meer verantwoordelijkheden en voorrechten. Het is alsof je een diploma behaalt en daarna meer kunt betekenen in je roeping voor God en mensen. Je roeping is echter geworden. Je bent meer dan voorheen een mens uit één stuk. (Tussen haakjes: als we falen voor de test, mogen we altijd opnieuw beginnen.) (1 Petr. 1:3-7, Jac. 1:3, 12)

Op roeping volgt bevestigingGod staat achter de mensen die Hij roept. Hij staat ook achter jou. Hij wil je bevestigen door doelen met je te bereiken die je niet voor mogelijk hield. Je mag worden als een pijl op Gods boog. Die schiet altijd raak! (Jes. 49:1 en 2, 2 Cor. 6:4, 2 Cor. 10:17 en 18)

En nu op weg!
Je kunt pas geleid worden als je op weg gaat. Alleen een varend schip kan bestuurd worden. Je kunt wel om Gods leiding vragen, maar als je niet in beweging komt, gebeurt er niets. Dus: doe iets. Vertrouw op God – en begin!

  1. Pak aan. Pak om te beginnen alles aan wat voor handen is. Dat is een goede mentaliteit om op den duur te ontdekken welke richting jij uit mag gaan. (Pred. 9:10)
  2. Neem wat je doet steeds door met God. Leer gevoelig te worden voor Zijn wil. Als je bezig bent kun je je gaan toeleggen op de dingen die bij jou passen en waar vrucht op ontstaat (dus waar mensen wat aan hebben). (Joh. 15:1-8)
  3. Word doelgericht. Sommige dingen worden belangrijker voor je. Je merkt dat God ze bevestigt. Ga prioriteiten stellen. Benut je tijd. Doe meer dan mensen van je verwachten. (Matt. 25:14-30, 1 Tim. 4:11-16)
  4. Volhard. Wees niet bang om te falen. Geloof dat God je wil helpen om dat wat je onderneemt te laten lukken. Zoek in alles wat je doet naar Gods jawoord, die wonderlijke vrede, die moeilijkheden trotseert. Blijf waakzaam, ook als je een taak hebt afgerond. God wil verder met je. (Fil. 3:12-14, Ef. 6:13)
  5. Geef God de eer. Let op dat je niet verstrikt raakt in egoïstische motieven om verder te gaan. Sta de vrucht van je bezigheden telkens weer af aan God. Wees dankbaar en buig voor Hem. Laat je grootste voldoening altijd zijn dat Hij blij met je is en geëerd wordt. Alles wat je bent en wat je mag doen heb je aan Hem te danken. Het is een wonder dat Hij je leven wil leiden en tot zegen wil maken voor anderen! (Col. 1:9-12, Gal. 6:14)

Dus. Op weg met God. Hij wil jouw leven leiden. Richting geven. Zodat je steeds meer zult lijken op Jezus. Vrucht zult dragen als Hij. God leidt je vanuit een intieme relatie. Waarin vrede de boventoon voert. En de tijd een middel is waarmee Hij Zijn wil uitvoert. Hij brengt punten in jouw leven aan waarlangs je een lijn kunt trekken naar de toekomst. Een fantastische toekomst. Het zal uiteindelijk uitlopen op de komst van Jezus. Dan volgt er een nieuwe schepping, waar jij deel van uit mag maken. Tot die tijd Geeft God Zijn Geest om je te leiden, stap voor stap. Ga je weg met Hem. Paulus schrijft: ‘Eén ding weet ik zeker – en daarbij vergeet ik wat achter me ligt en strek ik me uit naar wat voor me ligt – ik snel recht op mijn doel af; ik wil de prijs behalen die, nu Christus Jezus mij geroepen heeft, in de hemel voor mij klaarligt.’ (Fil. 3:14)

Willem de Vink