Jezus is het bewijs van Gods trouw

‘Welnu, de Schriften getuigen over mij.’
Johannes 5:39


In het Oude Testament heet het volk van God meestal Israël. Maar soms wordt het ook wel Jakob genoemd, vooral als het over menselijke dingen gaat. Dan wordt die eigenwijze Jakob in herinnering geroepen. Maar God blijft trouw aan Jakob!

De aartsvaders Abraham, Isaak en ook Job kunnen terugzien op een compleet verzadigd leven (Gen. 25:8, 35:29, Job 42:17). Maar Jakob klaagt op z’n ouwe dag dat hij als een zwerver heeft geleefd, zonder dat hij veel kon genieten van de rust en rijkdom van het beloofde land (Gen. 47:9). Hij kwam op het laatst ook nog in Egypte terecht.

Toch wordt Jakob uiteindelijk in dezelfde grot in het beloofde land begraven als Abraham en Isaak (Gen. 49:29-33). Het lijkt alsof ze daar wachten totdat die ene uit een andere grot zal opstaan om het beloofde land voor ons allemaal te ontsluiten. Die ene is gekomen toen de steen van het graf werd weggerold. Hij heeft al Gods beloften beschikbaar gesteld. Jezus heeft volbracht waar heel de Schrift van getuigt!  

Wie is een God als u,
die schuld vergeeft
en aan zonde voorbijgaat?
U blijft niet woedend
op wie er van uw volk nog over zijn;
liever toont u hun uw trouw.
Opnieuw zult u zich over ons ontfermen
en al onze zonden tenietdoen.
Onze zonden werpt u in de diepten van de zee.
U bewijst Jakob uw trouw
en Abraham uw goedheid,
zoals u gezworen hebt aan onze voorouders,
in de dagen van weleer (Micha 7:18-20).