Jezus maakt generaties vrij

‘Ik zal hun zonden vergeven en nooit meer denken aan wat ze hebben misdaan.’

Jeremia 31:34

‘Zo vader, zo zoon’, zeggen wij. Want je draagt veel van jezelf over op je kinderen; ook alle ellende die de zonde veroorzaakt. Satan weet dan ook gemakkelijk zijn weg naar hen te vinden als hij bij jou al een ingang gevonden heeft. Maar niet als Jezus hem een halt toe roept. En dat heeft Hij gedaan, aan het kruis.

Gods geweldige plan dat Jezus alle zonden op zich zou nemen, wordt nadrukkelijk voorspeld. En ook dat Hij de vloek die van generatie op generatie wordt doorgegeven op zich zou nemen.

‘De dag zal komen – spreekt de HEER – dat ik met het volk van Israël en het volk van Juda een nieuw verbond sluit, een ander verbond dan ik met hun voorouders sloot toen ik hen bij de hand nam om hen uit Egypte weg te leiden’ (Jer. 31:31-32).

Sinds die dag hoeven we niet meer met de erfenis van onze ouders rond te lopen. God heeft er zijn vergeving tussen geplaatst.

‘Dan zal men niet meer zeggen: “Als de ouders onrijpe druiven eten, krijgen de kinderen stroeve tanden”’ (Jer. 31:29).

Jezus heeft zelf de onrijpe druiven die de generaties aan elkaar doorgeven ingeslikt.

Toen wist Jezus dat alles was volbracht, en om de Schrift geheel in vervulling te laten gaan zei hij: ‘Ik heb dorst.’ Er stond daar een vat zure wijn; ze staken er een majoraantak met een spons in en brachten die naar zijn mond. Nadat Jezus ervan gedronken had zei hij: ‘Het is volbracht.’ Hij boog zijn hoofd en gaf de geest (Joh. 19:28-30).

Dankzij het volmaakt volbrachte werk van Jezus aan het kruis kan God elke nieuwe generatie die op zijn genade ingaat onbelemmerd zijn Geest geven (Jes. 59:21).