87 Leiderschap is vaderschap

Uit mijn nieuwsbrief – Als het om leiderschap in de kerk gaat valt me iets op. Eigenlijk gaat het om vaderschap en moederschap, omdat de kerk een gezinsmodel is. Daarmee onderscheidt het leiderschap in de kerk zich van het leiderschap in de maatschappij. En daarom stelt de Bijbel het begrip ‘leider’ onder kritiek. (Leestijd 21 minuten)

Wat moeten we denken van leiderschap in de kerk? In de eerste plaats moeten we horen wat Jezus erover zegt, recht voor z’n raap: ‘Laat je geen leider noemen.’

Laat je geen leider noemen
We zijn allemaal volgelingen, allemaal discipelen. Daarom vind ik het vreemd dat er zoveel preken, seminars, cursussen, toerustingsdagen, instructievideo’s en boeken in de evangelische wereld over leiderschap gaan en zo weinig over discipelschap. We willen blijkbaar allemaal leiders zijn. Maar wie weet eigenlijk wat Jezus volgen is?

We mogen dan misschien wel af en toe vooropgaan, maar niemand van ons is Jezus.

In de tijd van het oude verbond was leiderschap top-down geregeld. De heilige Geest kwam maar op een enkeling en die had het voor het zeggen. In die beperking moest de wet het gezag van het leiderschap ondersteunen.
Toen Jezus het nieuwe verbond instelde kwam de heilige Geest in iedere gelovige. Vanaf dat moment beschrijft de Bijbel vormen van leiderschap waar meerdere mensen bij betrokken zijn. Ook vrouwen hebben daarin een rol gekregen; zonder hen is het leiderschap onevenwichtig. De Geest is vrij om iedereen te leiden en te versterken en een veelvormige eenheid te scheppen. Leiderschap blijft nodig om groepen mensen bij elkaar te brengen en te beschermen, maar werkt nu door genade.

Ik geloof dat we daarom in de kerk naar vaderschap moeten zoeken. Omdat God de Vader is. We laten ons niet leiden door de tijdgeest, die een gezond beeld op vaderschap vernietigd heeft. Ook onze ervaringen met vaders zijn niet relevant. Als het om leiderschap gaat zoeken we naar Gods vaderhart in onze gemeenschappen. Die komt tot uitdrukking in vastberadenheid, zelfbeheersing, moed, geloof en inlevingsvermogen. Om daarmee anderen te dienen.

Leiders zijn vooral vaders
Als ik me even op mannen concentreer, waartoe zijn die in de kerk geroepen? Abraham werd niet geroepen in een ambt, taak of functie. Hij werd geroepen om een vader te zijn. Geloven we dat we kinderen van Abraham zijn (zo noemt de Bijbel ons als gelovigen, mannen en vrouwen), dan weten we waar het bij mannen in de kerk om moet gaan: om vaders te zijn. In de kerk betekent dat geestelijke vaders van geestelijke kinderen.

Waarom vaders? Omdat God de Vader is.

We noemen God niet ‘Onze Manager die in de hemelen zijt’ en ook niet ‘Onze Televisiedominee’ of ‘Onze Performer’ en zelfs niet ‘Onze Leraar’. We noemen Hem ‘Onze Vader’. En Jezus is naast Wonderbare Raadsman, Vredevorst en Sterke God ook Eeuwige Vader.
Vaderschap is het hart van Gods wezen, dat Hij heeft uitgedrukt in zijn schepping. Hij wil dat ook tot uitdrukking brengen in de kerk. Omdat God de Vader is, Jezus God als Vader bekend heeft gemaakt en wij hun beelddragers zijn, moeten we leiders in de kerk dan ook allereerst zien als vaders. Of andersom: moeten we alleen vaders zien als leiders. Vaderschap bepaalt de kwaliteit van leiderschap. Daarom wordt het tijd dat we vaderschap opwaarderen.

Vaderschap is geen schaduw in de marge van leiderschap, vaderschap bepaalt de glans en duurzaamheid van elk leiderschap.

Je kunt geen leider in een kerk zijn als je niet weet wat vaderschap is of weigert om een vader te zijn. Ik zie leiders die wel invloed willen uitoefenen, maar niet de verantwoordelijkheid van een vader op zich willen nemen. Ze willen wel een podium, maar zijn niet toegewijd aan gewone mensen. Misschien heb je als leider je eigen specialiteit. Maar de kwaliteiten waarmee Paulus apostelen, evangelisten, herders, leraars, profeten, voorgangers, opzieners, oudsten en diakenen aanbeveelt hebben allemaal de kwaliteiten van goede vaders.

Goede leiders herken je aan hun vadergestalte.

1. Vaders kennen God
Vaders zijn mensen die weten wie ze zelf zijn. Ze zijn niet overgevoelig voor wat anderen van hen denken, omdat ze vrede hebben met zichzelf. Ze hebben hun verleden verwerkt en rust gevonden in hun identiteit. Ze hebben zekerheid gevonden toen ze zich verbonden met God als Vader. Ze zijn verankerd in wat Hij over hen zegt.

Omdat zulke leiders min of meer klaar zijn met zichzelf, kunnen ze zich gemakkelijk aan anderen geven. Ze zijn niet bang om hun positie te verliezen of gekwetst te worden. Ze zijn wie ze zijn. Omdat ze zeker zijn van zichzelf, kunnen ze in alle nederigheid anderen dienen. Ze hoeven niets waar te maken. Ze weten wie hen geroepen heeft, waar ze vandaan komen en waar ze naartoe willen. En omdat ze zichzelf kunnen leiden, kunnen ze anderen leiden.

Vaders in de kerk zijn volgens de Bijbel mensen die God kennen zoals Hij er vanaf het begin is. Als Vader. Ze weten hoe geliefd ze zijn door hun hemelse, eeuwige Vader. Daar zijn ze vol van. Daarom kunnen ze kwetsbaar zijn en van die liefde doorgeven.

2. Vaders zijn onbezorgd aanwezig
Hoe is God Vader? En hoe zijn de leiders in de kerk dat?
God heeft volgens de Bijbel als Vader een naam: JHWH, wat betekent ‘Ik zal er zijn!’ Daarom zullen leiders in de kerk in de eerste plaats vaders zijn door er voor de mensen te zijn. Ze zijn erbij in hoogte- en dieptepunten. Bij bruiloften, geboortes, maar ook bij ernstige ziekte en begrafenissen. Ze zijn onder hun mensen betrokken en vol compassie. Ze zijn betrouwbaar, zichtbaar en aanspreekbaar. Ze verstoppen zich niet en spelen geen rol, maar zijn integer zichzelf. Ze zijn er. En als ze zich afzonderen is dat om te bidden voor de mensen.

Leiders die de rol van vaders uitoefenen zijn aanwezig in de gemeenschap, maar zonder dat de gemeenschap hen beïnvloedt. Ze hebben zich met de groep verbonden, maar zijn er niet afhankelijk van. Ze zijn er helemaal, maar staan buiten conflicten of partijschappen. Ze weten op Wie ze mogen vertrouwen. Ze kennen de Vader. Daarom zijn ze onbezorgd aanwezig.

3. Vaders dienen Gods familiemodel
Leiderschap in de gemeente is niet gebonden aan leeftijd of sekse. Jonge mensen kunnen Gods Vaderhart zo goed kennen dat ze daarmee al als vaders functioneren. Vrouwen ook. Ik heb het zelf gezien (en ik geloof dat elke leidersgroep beter functioneert als er mannen en vrouwen in zitten en als de leiders regelmatig jongeren, tieners en kinderen consulteren). En de Bijbel geeft voorbeelden van beiden.

Omdat de kerk allereerst een familiemodel is, zal de prioriteit van de gemeente het welzijn van alle mensen zijn. Daar zijn vaders en moeders voor nodig. Je kunt het in de budgettering en tijdbesteding terugzien. Niet het podium, gebouw of de publiciteit krijgen de meeste aandacht en steun, maar de zorg voor elkaar. Mensen worden in de kerk gezien en krijgen een gezicht.

Omdat de leiders als vaders de familiestructuur van de kerk dienen, zal een kerk niet groter kunnen zijn dan de namen die de leiders kunnen onthouden. Kerken die groter worden dreigen managers en performers als voorgangers te krijgen, waardoor het gezinsmodel verloren gaat. Daarom zien we in de Bijbel dat grotere groepen zich opsplitsen. Meer mensen krijgen op die manier verantwoordelijkheden. Het vaderschap neemt toe. Splitsen is vermenigvuldigen en dat is naar Gods hart.

4. Vaders vermenigvuldigen zich
God is Vader voor zover Hij zich kan vermenigvuldigen in mensen. Via zijn kinderen, die dan ook op den duur zelf vaders mogen worden. Om zich te vermenigvuldigen door van het leven door te geven dat God hen heeft gegeven.

Jezus zei: ‘Hierin is de Vader verheerlijkt: als je veel vrucht draagt.’ Leiders in de kerk zijn dus geroepen om hun hemelse Vader veel kinderen te bezorgen. Hoe? Door zelf vaders te zijn (en moeders te betrekken in hun taak). Ze mogen als vaders Gods kinderen vinden, beschermen, opvoeden en afgeven aan hun eeuwige, hemelse Vader.

5. Vaders geven identiteit
Vaders geven hun kinderen identiteit. Ze doen dat namens God en vinden daarvoor in Hem hun rolmodel. God is ‘Ik ben’. Jezus zei ‘Ik ben.’ Leiders die hun rol als vaders in de kerk op zich hebben genomen weten wie ze zijn en zijn daar sterk in. Ook zij zullen zeggen ‘Ik ben’. En omdat ze vaders zijn zullen ze de mensen in de kerk helpen te ontdekken wie ze zijn in Gods ogen, zodat ook die zullen gaan zeggen ‘Ik ben’.

De primaire taak van vaders in de kerk is dus om de identiteit van mensen te versterken. Ze zeggen ‘Jij bent’, zodat de anderen zullen gaan zeggen ‘Ik ben’. Vaders zijn er om mensen te helpen om in hun identiteit in Christus te gaan geloven en daar vanuit te gaan denken, spreken en handelen.

Moeders vormen het karakter van het kind, zorgen, troosten, geven liefde en inspireren, zoals de heilige Geest dat doet. De vrucht is liefde, geduld, trouw, goedheid, zachtmoedigheid, zelfbeheersing.
Vaders vormen het hart van het kind, bevestigen, bemoedigen, beschermen, geven liefde en versterken, zoals de Vader en de Zoon dat doen. De vrucht is geloof, rust, zekerheid, kracht.

Met de hulp van leiders die Gods Vaderhart uitdragen raken jonge christenen ervan doordrongen dat ze geliefde kinderen van God zijn. Ze weten wie ze zijn, waar ze vandaan komen en naartoe gaan. Ze kunnen vanuit hun hart zeggen: ‘Abba, Vader!’

6. Vaders geven voeding
Vaders in de kerk geven hun kinderen voedsel. Ze zijn daarvoor zelf in Gods keuken geweest. De gemeente lijdt gebrek als het oud voedsel krijgt. De leider is verantwoordelijk om zelf regelmatig bij God te zijn om door te kunnen geven wat God juist op dat moment precies wil geven. Hij heeft in gebed leren luisteren naar God. Hij is thuis in de Bijbel. En hij heeft een sterk inlevingsvermogen ontwikkeld voor de kerk als geheel en voor de individuen daarin.

Gods Woord bedienen kan vanaf het podium gebeuren, maar mensen zullen vooral ook persoonlijk bediend moeten worden. Daar zijn de leiders die als vaders in de kerk aanwezig zijn voor vrijgemaakt en besteden zij hun meeste tijd aan. Op die manier kunnen zij ook hun persoonlijk leven delen. Ze zeggen niet alleen hoe het moet, maar laten ook zien hoe zij het doen.

7. Vaders geven bescherming
Vaders beschermen hun kinderen. Daarom worden leiders in de kerk ook wel opzieners genoemd. Zij zijn door God aangesteld om de gemeente te beschermen tegen ontmoediging, angst en tekort.
De leider als vader ziet toe op het welzijn van de mensen, door de gezinsstructuur te bewaren.

Mensen zijn in dit digitale tijdperk extra gevoelig voor persoonlijke aandacht. De kerk zou daarin moeten floreren. Leiders kunnen daarin voorgaan als ze vertrouwen hebben in hun rol.
Maar als leiders bezorgd zijn over zichzelf worden ze geblokkeerd in het geven van onbevooroordeelde, onvoorwaardelijke aandacht. Helaas zijn veel leiders onzeker en blijven daarom op afstand. Ze geven niet zichzelf, maar verschuilen zich achter wetten en regels.

Jezus zegt dat Hij iedereen bij naam kent. Als mensen niet door hun leiders gekend worden, haken ze af.

Vaders in de kerk zijn de spil en het ijkpunt van de gemeente. Als zij relaxed en ongedwongen hun rol innemen, zal iedereen zich gemakkelijker in zijn of haar eigen rol schikken.
Vaders scheppen eenheid. Iedereen is in Christus verbonden met elkaar, iedereen is een broer of zus van elkaar, iedereen heeft zorg voor elkaar, iedereen wordt gezien en hoort erbij. En iedereen vult elkaar aan.
Een vader gaat daarin voor en stimuleert dat. Op die manier voorziet de gemeente in de primaire levensbehoeften van alle mensen: ze voelen zich verzorgd, geliefd en veilig. In die atmosfeer van vrede en veiligheid kunnen ze zich optimaal ontwikkelen.

8. Vaders kunnen streng zijn
Vaders zijn een bindende factor in de gemeente. Ook als ze streng moeten zijn. Ze hebben geduld met mensen, maar ze willen wel groei in hun ontwikkeling zien. Van genade mag je vrucht verwachten.

Soms moeten ze ook optreden. In het ergste geval kan het zijn dat mensen uit de gemeenschap geweerd moeten worden. Volgens mij geeft de Bijbel maar één reden om mensen te weren uit de gemeente: als de veiligheid wordt aangetast.

Ik zie drie redenen in de Bijbel waarom iemand onder tucht geplaatst moet worden omdat hij of zij daarmee de veiligheid van de gemeente als gezinsmodel op het spel zet: seksueel misbruik, stelen van de kerk of het verspreiden van een dwaalleer die Jezus niet erkent als Heer.
Iemand die zulk gedrag vertoont (dat kan een lid zijn, maar ook een leider) kan de toegang tot de kerk geweigerd worden. Als het zover komt moet dat openlijk gebeuren, omdat de veiligheid alleen hersteld kan worden als er duidelijkheid is.

Ik heb zelf in zulke situaties moeten handelen en het zijn de moeilijkste momenten geweest in mijn werk als dienaar van de kerk.

De persoon in kwestie kan naderhand een nieuwe kans krijgen, maar dan moet de schade die is aangericht hersteld zijn en het oude gedrag zich niet herhalen.

9. Vaders dienen de ander
Echte leiders in de kerk dienen de mensen dus als vaders. Ze zijn nederig, omdat ze beseffen hoe ze zelf als kind zijn geweest. Ze weten hoeveel genade ze zelf telkens weer nodig hebben.

Onechte leiders dienen zichzelf. Ze zijn hoogmoedig, denken alleen maar aan zichzelf en zullen alles doen om hun gelijk te halen. Ze controleren, intimideren, zetten mensen onder druk en bevelen hen te doen wat zij willen. Ze houden dingen verborgen.  Ze excommuniceren mensen die bedenkingen hebben. Ze zullen hun medewerkers overmatig belasten, niet bedanken, eren of waarderen, vrijheden en rechten inperken, de communicatie verstoren, verwarring zaaien.

Dit heet manipulatie. Manipuleren is proberen alles naar je eigen hand te zetten en dat is het tegenovergestelde van God de ruimte geven om zijn werk te doen. Een belangrijke indicatie van zulk gedrag is dat de mensen in de omgeving van dit soort leiderschap zich niet meer vrij en veilig voelen.

Het ergste wat een kerk kan overkomen is dat mensen zich er niet meer veilig voelen.

De Bijbel waarschuwt voor dit soort leiderschap. De eerste die protesteert is Gods Geest, omdat Hij de indicator van vrede is. Hopelijk volgen de gemeenteleden de aansporing van de Geest op om zulk soort vruchteloos en gevaarlijk leiderschap te verlaten.

10. Vaders eren hun vaders
Ik heb zelf intensief en met liefde leiders gediend en daar veel van geleerd. Ik denk dan ook dat een leider geen leider kan zijn, tenzij hij zelf langdurig onder leiderschap heeft gestaan. Omdat iemand die leiding geeft moet weten wat het is om geleid te worden.
Eigenlijk gaat dat principe terug tot de gezinssituatie waaruit de leider komt. Hoe staat hij tegenover zijn eigen vader?

Ik denk ook dat de leider het leiderschap waar hij zelf onder gestaan heeft moet blijven eren, omdat God ontwikkelingen niet isoleert, maar altijd vanuit opeenvolging werkt. Hij bouwt de kerk van generatie op generatie.

De leider die zijn vader, moeder en voorgangers eert is daarmee een voorbeeld van eer en respect dat ook weer zal afstralen op hemzelf. Of niet. Want dienaars genereren dienaars, rebellen rebellen.

11. Vaders zijn een  zegen voor huwelijken en gezinnen
Leiders in de kerk die als vaders dienen weten hoe kostbaar relaties zijn. Vooral gezinsrelaties. Daarom zullen ze altijd oog hebben voor de kwaliteit van huwelijken in de gemeente. En voor de opvoeding en het gezinsleven. Hun onbezorgde aanwezigheid is een inspiratie voor alle relaties in de kerk.

Zulke leiders dienen dus als rolmodellen in de gezinscultuur van de kerk. Ze hebben een stimulerende invloed op huwelijken en ouderschap. In de cultuur die zij scheppen leren mannen en vrouwen in hun huwelijken op ongedwongen wijze elkaar te eren en lief te hebben. Ook worden vaders en moeders gestimuleerd om vanuit alle rust en vertrouwen op te voeden.

12. Vaders verbinden generaties
Leiders die als vaders in de kerk staan hebben een sterk besef van Gods werk in generaties. Zij weten generaties te verbinden. Ouderen, jongeren, kinderen, ze geven ze allemaal evenveel waarde. Ze eren elke levensfase. Gaan in op de specifieke behoeften en mogelijkheden die daarbij horen. En brengen ze samen in Gods gezin.

Leiders die in de kerk de rol van vaders vervullen hebben jongeren om zich heen die ze verder helpen in hun ontwikkeling. zij zien hun potentieel en zullen proberen dat naar boven te halen en ruimte voor hen te scheppen om daarmee voor de dag te komen.
Je kunt het coaching noemen, de Bijbel noemt het discipelen maken. Unieke volgelingen van Jezus (dus geen duplicaten van de leider).

De eerste prioriteit van leiders als vaders is om discipelen te maken, zoals Jezus dat deed en ons heeft opgedragen.

13. Vaders zijn naar buiten gericht
Naast dat vaders in de kerk zorg en bescherming bieden, staan ze ook open voor nieuwe ontwikkelingen. Ze kijken graag verder dan de bestaande situatie. Een kerk waarin gezond vaderschap functioneert is daarom ook naar buiten gericht.
Leiders in de kerk zorgen voor rust en veiligheid, maar gaan enerverende uitdagingen niet uit de weg, omdat ze vol geloof zijn.

Een gezonde kerk vergroot haar actieradius door uitzending. Mensen uitzenden om het evangelie te verspreiden en de kerk te vermenigvuldigen staat hoog op de agenda van de kerk die Jezus wil volgen.

Het support van leiders als vader voor mensen die zijn uitgezonden reikt verder dan hun verantwoordelijkheid voor de kerk. Ik heb gezien dat leiders mensen lieten vallen zodra ze uitgezonden werden buiten de structuur van de kerk of organisatie. Helaas faalde op zo’n moment het vaderschap van de leiders, want vaderschap zal altijd kiezen voor de relatie.

14. Vaders zijn altijd en overal nodig
Leiderschap is sterk cultuurgebonden. Opvoeding, omgeving en genen bepalen sterk hoe mensen denken over identiteit, de verhouding man-vrouw, veiligheid, zekerheid, individualiteit, collectiviteit, gezag. Ze bepalen ook onze kijk op leiderschap.

Maar de kenmerken van vaderschap zijn universeler en minder cultuurgebonden. Omdat ze diep verankerd zijn in ons menszijn. Daarom kan bijna elke cultuur uit de voeten met God als Vader en het gezinsmodel van de kerk dat geleid wordt door mensen in de rol van vaders.

Hoewel iedereen een vader heeft en vaderschap een universeel gegeven is, wordt om ons heen het beeld van gezond vaderschap voortdurend ondermijnd. Denk aan oorlogen waarin vaders sneuvelen, maar ook aan de enorme aantallen echtscheidingen en de genderverwarring die de tijdgeest ons momenteel opdringt.

In de kerk komen veel verweesde mensen binnen. Daarom is het belangrijk dat de kerk zulke ontheemden helpt om zich thuis te voelen door ze bij Gods Vaderhart te brengen. Daar gaan de vaders in de kerk in voor.

Leiders in de kerk scheppen vanuit het gezinsmodel een cultuur van gezond vaderschap. Er is zorg, bescherming, veiligheid, groei, een naar buiten gerichte dynamiek en een sterk besef van de eigen identiteit.

15. Vaders zijn vol van genade
In het licht van God als Vader moeten we zelfs het begrip vaderschap in de kerk afhankelijk maken van Hem. Jezus heeft gezegd: ‘Laat je geen leiders noemen.’ Hij zei ook: ‘Laat je geen vaders noemen.’ Omdat God wil dat in het gezinsmodel van de kerk iedereen zich verbindt aan Hem als Vader.
God zoekt in de eerste plaats naar nederige, zachtmoedige mensen die anderen helpen om Hem als Vader te kennen. Dat doe je in afhankelijkheid van deze Vader. Het besef dat niets je eigen verdienste is, maar alles genade, maakt je tot een mens naar Gods hart. Omdat God met zo iemand het meest intiem is en daardoor het meest van zijn genade door kan geven.

Het alles overstijgende kenmerk van de kerk is genade. Genade zegt dat we goed zijn in Gods ogen voor al zijn zegeningen, zodat we dit leven met al zijn uitdagingen aankunnen. Gods genade is volgens de Bijbel zowel het fundament als ook de laatste bouwsteen. Leiders die in de kerk de rol van vaders uitoefenen zijn dan ook vol van genade.

Genadevolle leiders zijn erop uit om mensen te bevestigen: ze zien het goede in de ander en tonen dat aan die persoon. Ze zijn vol van lankmoedigheid: ze verwachten het goede in de ander op de lange duur. Ze zijn ontvankelijk: ze zijn dankbaar voor elke blijk van goedheid en liefde. Ze zijn ook zorgeloos en onbevangen: ze blijven hun liefde geven, zelfs als dat pijn en lijden met zich meebrengt wanneer een antwoord op hun liefde uitblijft. En ze zijn waakzaam: ze komen in het geweer tegen elke afwijzing of ontkenning van de ander.

De kerk maakt in de wereld Gods genade zichtbaar. Gods onverdiende gunst, waarmee Hij als hemelse Vader niet alleen onze zonden vergeeft, maar ons ook bevestigt, herstelt en tot bloei brengt. Daar zijn vaders op uit. Vaders in de kerk staan roepen niet alleen ‘Genade, genade!’, hun eigen leven is daar ook een toonbeeld van.

Om in de kerk een genadevolle cultuur te creëren zijn er dus leiders nodig die vol zijn van Gods genade: dienstbaar en vol van zijn vergeving, bewogenheid en visie. Ik heb het steeds gehad over vaders in meervoud, omdat ik geloof dat genade het mogelijk maakt om samen het vaderschap (en moederschap) in de kerk uit te oefenen en elkaar daarin aan te vullen. Het gaat dus om meerdere mensen, die samen Gods vaderhart vertegenwoordigen. Zulke leiders zijn als genadevolle vaders voor Gods mensen. Dat is volgens mij het leiderschap naar Gods hart.

De vraag is natuurlijk of de kerk wel zulke vaders wil. God klaagt zelf in de Bijbel dat Hij een Vader voor zijn kinderen wilde zijn, maar dat ze het niet hebben gewild. Jezus zegt dat Hij de weg naar de Vader is, maar willen we die vaderlijke weg wel gaan?

Leiders zijn dienaars
Leiderschap is vaderschap. Daarom heerst in Gods gemeenschap geen gevecht waarin alleen de sterkste blijft leven, maar wordt gediend zodat zelfs de zwakste het leven zal leven dat God ons gunt.

Het grote thema van de Bijbel is dat God zoekt naar een mens die kan instaan voor andere mensen. Dat werd Jezus voor alle mensen. God trekt die lijn door naar het leiderschap in de kerk. Hoe mensen (mannen én vrouwen) als dienaars instaan voor andere mensen bepaalt of ze leiders naar Gods hart zijn of niet.

Leiders in de kerk zijn er dus om te dienen. Daar gaat het volgens mij wat God betreft om: dat leiders dienaars zijn. Jezus zei: ‘Niet heersen, maar dienen’ en Hij nam zichzelf als voorbeeld.

God is de eigenaar van de mensen, de leider is dat niet. Daarom zijn de leiders in de kerk er voor Gods mensen en zijn Gods mensen er niet voor de leiders. Als leiders in de kerk menen dat ze recht hebben op mensen en mensen kunnen gebruiken, worden ze heersers.

Een heerser, dat kan er maar één zijn. Dienaars kunnen er velen zijn. Een heerser wordt gedreven door zijn ambities. Een dienaar wordt gedrongen door liefde. Een heerser zet alles naar zijn hand. Een dienaar geeft alles in Gods hand. Een heerser probeert zijn doelen te bereiken via de ander. Een dienaar ondersteunt Gods doelen met de ander. Een heerser duldt geen inspraak. Een dienaar wil anderen mondig en zelfstandig maken. Een heerser dwingt respect af met zijn positie. Een dienaar ontvangt respect vanuit relaties. Een heerser kan zijn levensstijl niet overdragen. Een dienaar kan veel volgelingen krijgen. Een heerser blijft alleen. Een dienaar deelt zijn leven en zal zichzelf vermenigvuldigen.

Leiders die zichzelf dienen maken zichzelf graag onaantastbaar. Ze doen dat door zich te verschuilen achter bijbelteksten, profetieën, hun bijzondere roeping, opdracht of wat voor orakeltaal ook. Ze zijn alleen aan het zenden en kunnen niet luisteren. Nooit hoor je ze vragen wat jij ervan vindt. Ze schermen zich af voor meningen, aanvullingen of correcties uit de eigen groep. Als er iets fout gaat krijgt de ander de schuld. Die heeft een probleem en moet zich laten helpen.
Maar de Bijbel waarschuwt voor zulke zelfingenomen figuren.

Leiders in de kerk dienen mensen door zichzelf te geven. Ze worden dan ook niet geroepen voor een taak, ze worden geroepen voor mensen. God heeft de bedieningen aan de gemeente gegeven, niet de gemeente aan de bedieningen. Niet hun ambt of wat ze hebben opgebouwd moeten leiders prioriteit geven of verdedigen, maar de mensen die God hen heeft toevertrouwd om te dienen.

Mijn eigen rol
Alles wat ik hierboven heb opgesomd ben ik in kerken en christelijke organisaties tegengekomen: zowel de zegen van het vaderschap in Gods gezinsmodel, als ook de worstelingen en ontsporingen in leiderschap. Ik ken prachtige vaders die een geweldige kracht uitoefenen in de gemeente. Ik heb ook gezien dat het helemaal mis ging met leiders.

Voor mij is leiderschap geen manier om doelen te bereiken. Het is een manier van dienen. Dat weet ik omdat ik kijk hoe God met mensen omgaat. Ik weet ook dat zelfs de beste vaders die het meest vol van genade zijn nog steeds fouten maken en mensen kunnen kwetsen. Ik ken de pijn die leiders veroorzaken door hun grillige en soms onverschillige gedrag. Ik heb er zelf onder te lijden gehad. De ergste pijn is die van onbeantwoorde liefde. Ik weet dat ik die pijn en dat lijden ook zelf bij anderen heb veroorzaakt.

Ik ben gebrekkig geweest in het uiten van mijn liefde. Ik heb mezelf in de weg gezeten. Ik ben lang niet altijd nederig geweest en heb soms niet het belang van anderen voor ogen gehad. Ik ben ongeduldig geweest, heb mensen genegeerd en gekwetst. Ook heb ik een lange weg afgelegd om te groeien in geestelijk vaderschap. Ik heb veel genade nodig, net als iedereen. En veel bemoediging. Ik kan niet zonder. Misschien zoek ik daarom de spotlights wel op, omdat ik zoveel complimenten nodig heb. Tegelijk heb ik Gods genade alleen maar zien toenemen, in mijn huwelijk, gezin en in dienstbetoon aan de kerk. Daarom voel ik me ondanks veel moeilijke momenten die ik in de kerk heb meegemaakt toch bevoorrecht en dankbaar.

Want als de vrucht toeneemt, is ouder worden een zegen.

Ouder worden betekent ook steeds meer zien. En meer begrijpen. En meer begrijpen stelt me in staat om meer te vergeven. God begrijpt alles en Hij vergeeft als geen ander. Dat is de hoop voor de kerk, ondanks al haar tekortkomingen.

Helaas geeft de kerk geen krachtig getuigenis af. Ik moet concluderen dat ze in onze samenleving in de marge opereert. Toch geloof ik in haar potentieel. Ik geloof in de woorden van Jezus dat de poorten van de hel de kerk niet zullen overweldigen. Ik geloof dat de kerk zal volstromen met de heerlijkheid van Jezus. Dat we gezien zullen worden als een stad op een berg. Dat we zout zijn. En dat we ons moedig mogen laten horen.

We doen het misschien niet altijd geweldig als kerk, maar we zijn trots op Jezus.

Wat ik geloof over leiderschap in de kerk
1. Ik geloof dat de genade van Jezus Christus de hoop voor de wereld is en zijn kerk het zichtbare bewijs daarvan. In de plaatselijke kerk veranderen mensen, zodat ook hun omgeving verandert. De kracht van elke gemeente is het gezinsmodel waarin God de Vader is en leiders als vaders functioneren. Daar vanuit komen de veranderingen op gang.

2. Ik geloof dat iedereen behoefte heeft aan de veiligheid en inspiratie die het gezinsmodel van de kerk biedt. Ik geloof ook dat haast iedereen behoefte heeft aan de vorm van leiding die past bij dit model. God wil daarom leiders in de kerk aanstellen die klaargemaakt zijn om in alle bescheidenheid, maar vol van zijn Geest, op zijn manier als vaders te dienen.

3. Ik geloof dat God kerken wil zegenen met het meest menselijke maar ook het sterkst door Hem geïnspireerde soort leiderschap. Het gaat hierbij niet om macht of controle, maar om visie, relaties, zorg, bemoediging en het winnen, toerusten en uitzenden van mensen. Dit vaderschap wordt vertegenwoordigd door meerdere mensen, die elkaar aanvullen. Het is dienstbaar aan alle generaties, volgens het voorbeeld van Jezus Christus, die diende vanuit Gods Vaderhart.

4. Ik geloof dat God mensen roept en toerust om in de rol van een vader dit leiderschap in zijn gezin uit te oefenen. Kerken moeten op het fundament van genade gebouwd worden door dit door Gods Geest geïnspireerde vaderschap.

5. Ik geloof dat vaders in de kerk afstemming en correctie nodig hebben, maar ook acceptatie, waardering en aanmoediging, zodat er veel vrucht in dit leven verwacht mag worden en een rijke beloning in de toekomst.

Willem de Vink

Bijbelteksten: Exodus 3:13-15; Jesaja 9:5; Jeremia 3:19; Maleachi 4:6; Matteüs 6:9; Matteüs 23:8-12; Matteüs 23:37; Marcus 10:42-45; Lucas 10:35-38; Johannes 13:12-17; Johannes 17:26; Romeinen 8:15; Efeziërs 3:14; 1 Korintiërs 4:14-16; 1 Tessalonicenzen 2:6-12; 1 Johannes 2:12-14; Matteüs 16:9; Efeziërs 1:22-23; Matteüs 5:14-16.

Meer artikelen.

Lees ook mijn artikel ‘Genade in de kerk’.

En lees het artikel ‘Nico van Biljouw’ – een eerbetoon aan de leider die ik meer dan vijftien jaar diende.

Vaderschap vind je ook in mijn autobiografie ‘Getekend’ – hoe ik opgroeide in een evangelisch milieu met allerlei soorten leiderschap en hoe ik leerde mijn eigen vader te vergeven.

Een boek waar ik veel aan gehad heb om de gemeente als gezinsmodel te gaan zien is Van geslacht op geslacht. Het is geschreven door Edwin Friedman, een Joodse rabbi in Washington DC.