Slaaf wordt bruid

De HEER verlangt naar jou.
Jesaja 62:4b


God had zich aan zijn volk willen verbinden als een echtgenoot aan zijn vrouw: vol liefde, vol zorg. Hij verwachtte dat zijn volk zich dan ook vol liefde aan Hem zou overgeven. Maar in de woestijn liep die romance al stuk.

God beschermde de Israëlieten toen het oordeel over Egypte raasde. Hij leidde hen uit hun slavernij. Hij overlaadde het volk met de rijkdommen van Egypte. Hij streed voor hen, terwijl zij alleen maar stil hoefden te zijn. Hij deed hen een belofte: ‘Ik zal jullie aannemen als mijn volk, en ik zal jullie God zijn.’ En Hij stelde hen een echtelijke woning in het vooruitzicht: het beloofde land.

Maar Israël wilde helemaal niet afhankelijk zijn van God. Het volk vroeg om regels, om op afstand van Hem te blijven. Het wilde een wet om zich aan te houden, zodat het een beloning kon verdienen, zoals het in Egypte gevulde vleespotten had verdiend. Het volk wilde liever slaaf blijven. En slaven vragen om wetten.

‘We zullen alles doen wat de HEER heeft gezegd’ (Ex. 19:8).

Vanaf dat moment veranderde Gods houding tegenover zijn volk. Hij trok zich terug en gaf Israël de wet. De huwelijksacte werd een arbeidscontract.

Paulus schrijft dat de berg Sinaï, waar God de wet gaf, alleen maar slaven baart (Gal. 4:24). Slaven kennen Gods genade niet, zijn onverdiende gunst. Maar mensen die door Jezus zijn vrijgekocht, gaan met Hem om als zijn geliefde bruid.

Kun je je voorstellen hoe een slaaf verandert in een geliefde? Door genade. De vrijheid die je dan krijgt wordt helemaal opgevuld met liefde.