Vereenzelvig je met Jezus

Met Christus ben ik gekruisigd, en toch leef ik.

Galaten 2:20 (NBG ’51)

Als we het kruis zien, mogen we ons met Jezus vereenzelvigen. Zoals Hij daar hing, zo hing jij daar ook. Zoals Hij veroordeeld werd, zo werd jij veroordeeld. Al jouw zonden zijn daar aan het kruis genageld.

Je bent in Jezus’ dood gedoopt, zegt de Bijbel. Daarom ben je dood voor de zonde en ook dood voor de wet. God is rechtvaardig: Hij heeft in Jezus al jouw zonden bestraft, dat zal Hij niet nog een tweede keer doen.

Omdat daar jouw veroordeling plaatsvond, in Jezus, word je niet nog een keer aangeklaagd, bestraft en veroordeeld. Integendeel, je mag nu vrijuit met Jezus leven. Sterker nog: omdat je Jezus’ dood stierf, mag je nu ook zijn leven leven. Hoe? Door dat te geloven. Daar ja op te zeggen. Dat is geloven in Jezus. (Zie Rom. 3:21-27, 5:1-2, 6:4-23, 7:4, Gal. 2:19-21.)

Rembrandt van Rijn wist van die ruil. Daarom schilderde hij zichzelf toen hij de gekruisigde schilderde. Het is zijn zelfportret daar aan het kruis, dat we ook tegenkomen in etsen van hem. Rembrandt schilderde zichzelf wel vaker in bijbelse taferelen, als bijfiguur. Maar hier dus als Jezus, om zich met Hem te identificeren.

Net zo mag jij je met Jezus vereenzelvigen.

Kijk hoe deze figuur in dit schilderij daar in afzondering onder een gewelfde hemel hangt. Bedenk hoe jij daar hing. Concentreer je je op Jezus, dan kan er zomaar een intiem moment tussen Hem en jou ontstaan: jij bent van Hem en Hij is van jou.

(Schilderij)

Rembrandt – Gekruisigde Christus (1631, Mas d’Agenais, La Collégiale Saint-Vincent)