Verschillende bedieningen

God heeft in de gemeente aan allerlei mensen een plaats gegeven.

1 Korintiërs 12:28

De gemeente is een eenheid, maar vol diversiteit. Het is één kudde met veel schapen. Eén boom met veel takken. Eén lichaam met veel ledematen. Eén huis met veel stenen.

Gemeenteleden zijn dan ook één van Geest, maar wel met allerlei talenten en gaven (1 Kor. 12:4-5). Daarom kent de gemeente ook allerlei soorten leiderschap, door God aangesteld en in het openbaar erkend.

En hij is het die apostelen heeft aangesteld, en profeten, evangelieverkondigers, herders en leraren, om de heiligen toe te rusten voor het werk in zijn dienst (Ef. 4:11).

Je leest hier over vijf bedieningen, die in de Bijbel uitgebreid worden beschreven. Het is niet moeilijk om je voor te stellen hoe die verschillende typen leiders samen het huis van God, de plaatselijke gemeente, bouwen.

De apostelen en profeten stichten de gemeente en zetten de koers uit. Zij leggen het fundament van genade (Ef. 2:20). De evangelisten zijn op mensen buiten de gemeente gericht. Zij brengen de levende stenen aan (1 Petr. 2:5). De herders en leraars zorgen voor de veiligheid in onderwijs en pastoraat. Zij vormen het dak (2 Tim. 3:16, Hand. 20:28-32).

Die taakverdeling versterkt ieders bekwaamheid en komt de hele gemeente ten goede. Maar deze bedieningen moeten niet verward worden. Stel je voor dat herders en leraars de koers van de gemeente gaan bepalen. Dan krijg je dakpannen in het fundament en wordt het een wankele boel.

Nee, al die bedieningen hebben een specifieke functie, allemaal ten dienste van het geheel. Ze zijn bedoeld om de gemeente toe te rusten, zodat die zichzelf kan opbouwen. Zodat ze meer en meer Jezus zal uitstralen (Ef. 4:7-16).