Voor jou geen stront en pis

‘Waarop berust toch dat vertrouwen van u?’
2 Koningen 18:19b


De vijand dreigt. Hij staat bij de watertoevoer, de levensader voor de stad. Hizkia, de koning van Juda, is in het nauw gedreven door een vooruitgeschoven detachement van het leger van Sanherib, de koning van het grote Assyrische rijk.

Hoor hoe de vijand voor de stadspoort zijn psychologische oorlog voert. ‘Waarop berust toch dat vertrouwen van u? Laat u door Hizkia geen rad voor de ogen draaien, hij is niet in staat u uit mijn greep te bevrijden. Laat hij u niet verleiden uw vertrouwen te stellen in de HEER. Geef u over’ (2 Kon. 18:19, 29, 31).

De Judese onderhandelaars willen niet dat de vijand hen in hun eigen taal toespreekt. Maar hoor hoe ze blijven dreigen! ‘Onze woorden zijn net zo goed bestemd voor de mensen daar op de muur, die binnenkort net als u hun eigen stront zullen eten en hun eigen pis zullen drinken’ (2 Kon. 18:27).

Als de vijand ons probeert te intimideren gaat hij altijd bij de levensaders staan. Hij trekt onze bronnen in twijfel. Wat kun je van God verwachten? Genade? Vergeving? Bevrijding? Bescherming? Mooi niet! Hij zal je wijzen op je eigen vuil waar je zelf van moet eten en drinken. Stront en pis! Je zult zelf voor de gevolgen van je zonden moeten opdraaien.

De vraag is naar wie je luistert. Geef je je over aan de dreigementen van de vijand? Of blijf je vertrouwen op Gods voorziening van genade, vergeving, bevrijding, bescherming en voorspoed in Jezus?