Wie wil afhankelijk zijn van God als Vader

‘Hoe zou u ooit tot geloof kunnen komen?’

Johannes 5:44

Jezus zegt in Jeruzalem dat de mensen kunnen weten wie Hij is. Ze hebben drie getuigen kunnen horen. Ten eerste hebben ze Johannes de Doper over Hem horen getuigen (Joh. 5:31-36). Ten tweede alle Schriften, het hele Oude Testament (Joh. 5:39). Ten derde Mozes, die de Joden zo hoog hebben (Joh. 5:46). Als ze niet in Hem geloven, zal hij hen aanklagen (Joh. 5:45).

God de Vader had zijn plan met Jezus goed voorbereid. Zijn wil stond vast. Hij zou de mensen niet veroordelen, maar redden. Dat zou met een rechtvaardig oordeel gebeuren. Jezus zou zijn leven geven in ruil voor alle mensen, zodat God van iedereen zou kunnen zeggen: ‘Vrijgesproken!’ Zo had Hij het gewild.

‘Ik kan niets doen uit mijzelf: ik oordeel naar wat ik hoor, en mijn oordeel is rechtvaardig omdat ik mij niet richt op wat ik zelf wil, maar op de wil van hem die mij gezonden heeft’ (Joh. 5:30).

Jezus zou op die manier het werk volbrengen dat zijn Vader Hem had opgedragen (Joh. 5:36). Daar mag iedereen gebruik van maken, maar dan moet je het wel geloven. Je zult Jezus en zijn volbrachte werk helemaal moeten accepteren. Dat je zonden voorgoed vergeven zijn. Dat er voorgoed geen veroordeling meer is voor jou. Dat de heilige Geest voorgoed beschikbaar is gekomen om in je te wonen. En dat je nu dus voorgoed eeuwig leven hebt ontvangen, het leven van Jezuskwaliteit, met God als Vader. Maar als je geen liefde voor God hebt, hoe zou je dan afhankelijk van Hem willen zijn (Joh. 5:39-44)?

‘Maar bij mij wilt u niet komen om leven te ontvangen’ (Joh. 5:40).

Johannes 5:18-47