56 Eerbetoon Larry Norman

Larry Norman (1947-2008) was een van de eerste artiesten die rock in de gospelmuziek bracht. Hij was een trendsetter in de Jesus Movement die eind jaren ’60 onder hippies opkwam. De blonde Amerikaan uit Los Angeles was een belangrijke inspiratiebron voor me. Ik herkende als tiener in hem de artiest die in straattaal over Jezus zong. Op papier deed ik hetzelfde in mijn strips. (Leestijd 6 minuten)

De eerste elpee die ik van Norman kocht was Upon This Rock. Ik was toen vijftien. Mijn moeder vond het maar niks, die herrie in huis – maar goed, hij zong over Jezus. Een jaar later nam een kennis Only Visiting This Planet uit Amerika voor me mee. Dat was ongetwijfeld zijn meest indrukwekkende en geëngageerde plaat. Maar zijn mooiste werk zit wat mij betreft in het ongepolijste verzamelalbum Bootleg uit 1971.

Zijn geslepen songs en brutale voorkomen spraken me erg aan. Daar kwam bij dat hij middenin de maatschappij stond en zijn kritiek erop niet mals was. Die betrokkenheid herkende ik bij mezelf ook. Je ziet het terug in mij eerste strips die ik publiceerde en die gebundeld zijn in mijn stripalbum Stripverhaal Wereldtaal.

In 1980 tekende ik Larry Norman op onze trouwkaart, met een telefoon in zijn hand om iedereen te vertellen wie er gingen trouwen. Tijdens onze trouwdienst zong Rob Vermeulen Uitschot, mijn vertaling van het Norman-nummer The Outlaw.
Een jaar later kon ik hem tijdens het NCRV Muziekfestival in Rotterdam spreken voor het blad Jong en Vrij. Ik maakte er bovenstaand tekeningetje bij.

Voor de liefhebbers hieronder de tekst van het interview:

Larry Norman, dezelfde straatjongen, toch veranderd
Larry Norman is in de gospelwereld een uitzonderlijke figuur. Hij verrichtte eind jaren zestig baanbrekend werk door als één van de eerste artiesten christelijke rockmuziek te maken. De wereld is sindsdien veranderd, maar Larry Norman lijkt dezelfde te zijn gebleven.

Nog steeds dat lange haar. Omdat mensen van de straat geen geld hebben om naar de kapper te gaan en ook lang haar dragen. Met hen voelt hij zich één. Dezelfde muziek, dezelfde manier van werken. Niet commercieel, want hij is geen stuk vlees dat geconsumeerd moet worden. En zelfs hetzelfde donkerblauwe jasje en de das met witte stippen, waarin hij vier jaar geleden voor het eerst in Nederland optrad.
Toch vertellen mensen die Larry Norman van dichtbij meemaken dat hij wel degelijk veranderd is. Deed hij voorheen vaak uit de hoogte, tegenwoordig richt hij zich meer op persoonlijke contacten. De muur die hij voor anderen optrok is afgebroken. Tijdens het NCRV-Muziekfestival is hij de hele dag tussen het publiek te zien, terwijl andere ‘sterren’ van zijn formaat zich keurig laten aan- en afrijden van en naar het hotelleven.

In de persruimte van het festival vertelt hij: ‘Ik ben geen popster. Ik ben een mens en ik communiceer. Ik praat niet graag over muziek, maar liever over Jezus.’ Hij grijnst als hij zegt: ‘Ik ben een fanatiekeling.’
Maar je bent toch volop bezig met muziek? Wat is dan je doel?

‘Mijn eerste doel is om te sterven. Sterven en naar de hemel gaan.’ Weer die grijns. ‘Ik wil leven voor het doel dat God heeft met mij. God heeft me gemaakt als mens, dus moet ik van mezelf geen idool maken. Mijn muziek is niet belangrijk, mijn platen niet, Jezus moet overkomen.’

Toch klinkt door al je werk je naam. Je schrijft alles zelf, produceert, fotografeert, ontwerpt zelf de hoezen. Ook voor andere artiesten.

‘Jawel. Voor mijn vrienden. Ik maak foto’s van mijn vrienden en die gebruik ik voor hun hoezen. Foto’s uit het dagelijks leven, waar ze op staan zoals ze zijn. Gewoon en eerlijk. Maak jij nooit foto’s van je vrienden?’

Zo’n redenering hoort bij Larry Norman. Wat hij maakt is wars van glamour en opsmuk. Hij zal geen extra moeite doen om bij een groot publiek in het gevlei te komen door met dure namen te smijten of in allerlei standjes te poseren.

Hij waagt het zelfs het geduld van het publiek zwaar op de proef te stellen door de verschijning van een nieuwe elpee jaren uit te stellen. Hij grapt: ‘Omdat ik mijn tijd meestal vooruit ben heb ik nog maar even gewacht.’
Op de vraag wat voor stijl hij gebruikt op zijn nieuwste elpee Something New Under The Son volgt prompt het antwoord: ‘I make last wave music.’ Ook dat is gekscherend, want even tevoren vertelde hij dat zijn muziek niet verschilt van wat hij voorheen maakte. Zijn teksten evenmin.

‘De plaat ziet er even zwart uit als alle voorgaande schijven. En het gaat weer over precies dezelfde onderwerpen: leven, dood, oorlog, seks, haat, liefde, vrede.’

Tijdloze onderwerpen. Dat is typisch Larry Norman. Wat hij doet lijkt geijkt. Maar wat hij aanpakt doet hij op zijn eigen manier, anders dan de meeste artiesten het zouden doen. Daardoor is zijn werk verrassend, maar roept hij ook veel vragen op. Zo was zijn optreden tijdens het Kamperland Muziekfestival in 1980 voor velen teleurstellend. Waarom was hij zo sjachrijnig en bracht hij niets nieuws? Had hij privé-moeilijkheden die een overtuigend concert in de weg stonden?

In Rotterdam daarentegen presenteert hij spattend vuurwerk. Keiharde rock waar zijn jasje bij uitgaat en stille ballades waar hij zijn hele hart in legt. En als één van de weinigen geeft hij vanaf het podium een haarscherpe bekeringsboodschap.
‘Jezus komt in je als je Hem vraagt. Jij kunt niet bij Hem komen, Hij moet naar jou komen. Dat doet Hij als je Hem toelaat.’ Vol van Jezus, zo komt hij over. Is hij dan toch veranderd?

In het verleden is er veel gekletst over Larry Norman. Hij zou teruggevallen zijn, aan de drugs, uit op roem, bezig met seksfilms. Door die roddelpraat sloot hij zich af en kwam hij stug over. Maar misschien wierp hij vooral een muur op voor anderen vanwege zijn zorgen over zijn huwelijk. Nu schijnt hij gescheiden te zijn. Dat is geen gerucht?
‘Geen gerucht. Het is waar. Als je wilt weten waarom, moet je maar eens in het Nieuwe Testament lezen wat Jezus zegt over scheiden. Hij geeft maar één reden om te scheiden. Dat was ook mijn reden.’

We kunnen ons afvragen waarom het zover moest komen in zijn huwelijk. Het is triest als mensen uit elkaar gaan en niet de bedoeling van God. Maar het is een feit dat Larry fris en opgewekt overkomt in ons gesprek. Hij speelt als een kwajongen met een elastiekje en telkens glijdt er een brede lach over zijn gezicht.

Later laat ik hem zijn foto in de Jong en Vrij Schoolagenda zien en vertel ik hem wat een schoolagenda is. Zoiets is in de Verenigde Staten onbekend. Hij bergt het boekje zorgvuldig in zijn tas.
Hij vraagt nog: ‘Heb ik alles verteld wat je wilde weten? Hier heb je mijn adres, mocht je nog vragen hebben.’

Larry Norman overleed in 2008. Na zijn dood werd hij door voormalige vrienden uit de Amerikaanse gospelrockwereld beschuldigd van financiële malversaties. Een genuanceerder verhaal over hem kun je lezen in de biografie die Gregory Alan Thornbury over hem schreef: ‘Why should the devil have all the good music?, Larry Norman and the perils of Christian Rock’.

Bono van U2 liet een briefje bij zijn graf achter: ‘Eternal singer, still eternal’.

Willem de Vink